Behandelaren in de ggz laten veel aan doelmatigheid liggen. Het gros van hen werkt te weinig met wetenschappelijk gevalideerde behandelmethodes. Dat komt doordat de integratie van wetenschap en praktijk in de ggz-sector nog steeds te beperkt is. Dat zegt prof. dr. Marc Verbraak, bijzonder hoogleraar Gezondheidszorgpsychologie aan de Faculteit der Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen.
‘Illusies van de psycholoog’
Verbraak houdt donderdag zijn inaugurele rede met als titel: ‘Illusies van de psycholoog’. Volgens hem worden patiënten worden blootgesteld aan uiteenlopende therapieën, waarvan niet bekend is of ze überhaupt werken. Daar komt volgens hem nog bij dat de doorsnee psycholoog te weinig zicht heeft op zijn eigen presteren en er ten onrechte van overtuigd is dat er niet veel meer te verbeteren valt aan de kwaliteit van de ggz.
Volgens Verbraak is verregaande samenwerking tussen de wetenschap en de praktiserende psychologen nodig om de geloofwaardigheid van het vakgebied te behouden. En om de kwaliteit van de behandelingen van individuele therapeuten en ggz-instellingen te verbeteren. Verbraak: “Voor het vak en de cliënt is het van belang dat we onszelf kritisch blijven bekijken en eisen aan behandeltrajecten stellen. We moeten nu eens minder overtuigd zijn van onszelf en meer van onze wetenschappelijk gevalideerde psychologische middelen.” Wanneer deze goed worden ingezet is er veel meer doelmatigheid mogelijk in de zin van goede zorg tegen aanvaardbare kosten.
Marc Verbraak
Marc Verbraak werkt sinds 2007 bij de HSK Groep als inhoudelijk directeur. Hij studeerde van 1982 tot 1988 Klinische psychologie en Neuro- en revalidatiepsychologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In 1999 promoveerde hij op onderzoek naar bulimia nervosa. Verbraak werkte onder meer als psycholoog binnen de sector Psychiatrie van het Reinier de Graaf Gasthuis in Delft en als onderzoeker bij het Instituut voor Patiëntgebonden Psychiatrisch Onderzoek te Amerongen. Van 1995 tot 1998 was hij (waarnemend) hoofd van de Angstpolikliniek van het PCN te Nijmegen. Van 1998 tot en met 1999 bij de HSK Groep als manager Behandelzaken. Daarna werkte hij acht jaar bij de stichting Adhesie GGZ Midden-Overijssel als P-opleider en behandelcoördinator van de deeltijdbehandeling in Almelo en uiteindelijk het team Angststoornissen. In 2006 werd hij hoofdopleider van de eerder genoemde postacademische beroepsopleiding.