Forse verliezen. Een instabiele raad van bestuur. Gebrekkige stuurinformatie. Toezichthouders die steken lieten vallen. Dit beeld doemt op uit het definitieve onderzoeksverslag rond het beleid en de gang van zaken bij het Meavita-concern. De Ondernemingskamer in Amsterdam heeft dit donderdag naar buiten is gebracht.
In maart van dit jaar lekte al een conceptrapport uit dat gewag maakte van wanbeleid. Meavita, ontstaan uit een fusie van vier grote zorginstellingen, ging in 2009 failliet en liet een miljoenenschuld achter. Er werkten 20 duizend mensen, de omzet bedroeg ongeveer een half miljard euro en er waren 100 duizend cliënten bij aangesloten. De ondergang van de thuiszorggigant is één van de grootste faillissementen uit de recente geschiedenis.
Risico’s in bestuur
Al voor de start van de fusie op 1 januari 2007, nemen de oprichters een “fors risico”. Dat stellen de onderzoekers. De raden van toezicht van de moederstichtingen die tot het Meavita-concern fuseren, Stichting Meavitagroep uit Den Haag en Stichting Sensire & Thuiszorg Groningen (S&TZG), spreken geen procedures af voor het aanstellen van de nieuwe bestuurders van de fusieorganisatie. Ook komen er geen profielen met de gewenste competenties en ervaring van de leden van de nieuwe raad van bestuur. Het ontbreken hiervan vinden de onderzoekers opmerkelijk. “De nieuwe RvB stond namelijk, gezien de veranderingen in wetgeving en de fusiedoelstellingen, voor een forse opgave. Kort na de fusie zijn al de nodige werkmaatschappijoverstijgende activiteiten gestart of voortgezet, zoals het tv-foon-project, de voorgenomen inrichting van een landelijke thuishulporganisatie en ambitieuze ICT-doelstellingen. Deze zaken waren niet eerder op grote schaal succesvol binnen de verschillende onderdelen van MNL gerealiseerd en vormden derhalve, nu de leden van de nieuwe RvB daarmee geen ervaring hadden, een fors risico”, stellen de onderzoekers in het rapport. Daarnaast noemen de onderzoekers ook de flinke onenigheid over wie bestuursvoorzitter van het nieuwe concern zou worden een reden om profielen als vertrekpunt te nemen, stellen de onderzoekers.
De samenstelling van de raad van bestuur van Stichting Meavita Nederland (MNL), zoals S&TZG sinds 1 januari 2007 heet, is “onvoldoende stabiel” geweest “om de forse problemen waarmee Meavita geconfronteerd werd het hoofd te bieden”. De onderzoekers wijzen onder meer op het groot aantal wisselingen: vier bestuursvoorzitters in minder dan twee jaar. Ook de samenstelling was niet optimaal. Er was geen chief financial officer (CFO)aangesteld. Een lid was langdurige ziek. Bovendien had bestuursvoorzitter Theo Meuwese snel na de fusie het vertrouwen verloren van de directeuren van de werkmaatschappijen en later ook van zijn medebestuurslid Van de Meeberg.
Raad van commissarissen
De nieuwe raad van commissarissen heeft steken laten vallen. Tussen januari en oktober 2007 stapelden zich steeds meer problemen op. Er kwamen negatieve signalen binnen over het gedrag van Meuwese. De commissarissen hebben desondanks in de eerste negen maanden van 2007 geen contact gezocht met Meuweses collega Van de Meeberg, die benoemd was om de “countervailing power” voor Meuwese te zijn.
Functionerings- en beoordelingsgesprekken met de bestuurders vonden ook niet plaats in de periode tussen januari 2007 en medio 2009. Dit druist in tegen de regels van de Zorgbrede Governancecode 2005. Deze schrijft ten minste jaarlijks deze gesprekken voor met elk lid afzonderlijk. De fusieorganisatie had wel verklaard zich aan deze regels te houden. Bij de werving en selectie van de raad van commissarissen schonden zij eveneens de regels. De code schrijft een profielschets voor bij de werving, selectie en benoeming. Zeker nu de nieuwe RvC te maken zou krijgen met een veel complexere organisatie, had opnieuw secuur naar de profielen van de functies gekeken moeten worden, luidt de kritiek in het rapport.
Informatievoorziening
Een ander cruciaal punt is het ontbreken van tijdige en relevante informatie in de rapportages aan de raad van commissarissen. Pas in januari 2008 is een maandrapportage op concernniveau ontwikkeld, maar deze was nog steeds gebrekkig. In juli van dat jaar ontbreekt bijvoorbeeld nog steeds belangrijke informatie om tot een volledig ingevulde geconsolideerde rapportage te komen.
Mede als gevolg van de gebrekkige stuurinformatie waren Sensire en Thuiszorg Groningen (TZG) in 2006 en 2007 niet in staat de overproductie tijdig te constateren en te voorkomen. Tussen 2006 en 2008 hebben Sensire en TZG gezamenlijk voor 10,2 miljoen euro aan AWBZ-zorg verleend die zij niet vergoed kregen wegens overschrijding van de productieafspraken met zorgkantoor Menzis.
Hoofdelijk aansprakelijk
Vakbond Abvakabo FNV noemt het rapport “schokkend”. FNV heeft de bestuurders en de toezichthouders van Meavita hoofdelijk aansprakelijk gesteld voor de ondergang van het concern, onder wie VVD-coryfee Loek Hermans. Hij was de voorzitter van de raad van commissarissen. “Hermans was van de chaos en crisis op de hoogte, maar ondanks de herhaaldelijke negatieve signalen stond hij erbij, keek ernaar en sliep verder”, aldus de vakbond.
Volgens Abvakabo was er een hoop mis bij de zorginstelling. “Bestuurders staken enorm veel tijd en miljoenen euro’s in absurde projecten, zoals de tv-foon en zorgprojecten op de Antillen. De financiën waren een rommeltje, maar daarvoor hadden de bestuurders en toezichthouders nauwelijks aandacht’’, aldus de vakbond.
Lees hier de reactie van de raad van bestuur en raad van commissarissen van Meavita.
Lees meer over het mislukte tv-avontuur van Meavita: ‘Kunt u mij de weg naar Hilversum vertellen?’