De Rechtbank Noord-Holland heeft zorgbestuurder Chris de Mol in het gelijk gesteld in zijn zaak tegen de raad van toezicht van bejaarden- en verzorgingscomplex De Marke. Die had de overeenkomst niet onmiddellijk mogen beëindigen, oordeelde de rechter.
Zo is te lezen in de uitspraak van 11 september.
Twee contracten
De Mol is eigenaar van de BV Fodio Consult. Daarmee had hij per 1 januari 2009 twee contracten met De Marke, één als lid van de raad van bestuur en één als directievoerder voor de nieuwbouw in Bergen. Als lid van de raad van bestuur ontving hij 92 euro per uur. Als directievoerder bouw kreeg hij 179 euro per uur.
Financiële risico’s
In 2013 bleek dat er geen bank was die het nieuwbouwproject van De Marke wilde financieren. De Mol ging toen op zoek naar consortia van investeerders en ontwikkelaars. De raad van toezicht wilde dat hij eerst de bestemmingsplanprocedure afrondde en de andere activiteiten ‘on hold’ zette. Dat deed hij niet. Omdat de meerkosten aan onder andere adviseurs de pan uit rezen, is De Mol in april van dit jaar als bouwdirecteur op non-actief gesteld. Er werd een andere externe deskundige, AT Osborne, ingehuurd. Die oordeelde dat De Mol niet deskundig was om de bouw te begeleiden en onverantwoorde financiële risico’s nam.
De Mol weigerde de kwestie te bespreken met de raad van toezicht. Hij bleef overigens wel gewoon aan in de raad van bestuur van De Marke.
Salaris
Per 19 mei is zijn bouwcontract beëindigd. Daarop stapte Fodio Consult naar de rechter. De BV had drie eisen: de beëindiging van het contract moet ongedaan gemaakt, De Mol moet zijn werk als directievoerder bouw gewoon kunnen blijven doen en de niet betaalde loonkosten à 15.543 euro per maand moeten alsnog worden overgemaakt.
De rechter stelde De Mol in het gelijk: de volgorde van werkzaamheden is onvoldoende reden om een contract te beëindigen. En dit impliceert weer dat De Mol zijn werk als bouwdirecteur ongehinderd mag blijven uitvoeren en dat De Marke hem zijn salaris moet doorbetalen.