Het gebruik van extramurale zorg is tussen 2004 en 2011 stabiel gebleven. Jaarlijks zijn er ongeveer evenveel starters als stoppers. Wel groeit de duur van het extramurale zorggebruik.
Dit constateert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in het op 10 februari verschenen rapport “Zicht op zorggebruik”. Het SCP telde in 2011 zo’n 556.000 gebruikers van thuiszorg. In 2004 ging het nog om 532.000 mensen. De toename is volgens het SCP vooral te verklaren door het toegenomen aantal hoogbejaarde, alleenstaande ouderen.
Dit veranderende profiel van de thuiszorggebruikers hangt volgens het SCP samen met het gevoerde kabinetsbeleid. Zo wordt er sinds 2005 via het ‘protocol gebruikelijke zorg’ bij het toekennen van extramurale zorg strenger gekeken of er huisgenoten zijn die kunnen helpen.
Het gemiddelde aantal uren extramurale zorg is licht gestegen van 2,8 uur per week naar 3,2 uur per week. Dit geldt vooral voor huishoudelijke hulp en persoonlijke verzorging. Bij de functie verpleging is zowel het aantal uren als het aantal gebruikers tussen 2004 en 2011 afgenomen. Het SCP verklaart dit uit de aanscherping van de functieomschrijving: een aantal taken dat eerst als verpleegkundig handelen werd opgevat, is sinds 2008 bij de functie persoonlijke verzorging onder gebracht. Ook valt een deel van de verpleging thuis sinds 2008 onder de Zorgverzekeringswet (Zvw).
Ook de invoering van eigen bijdragen heeft volgens het SCP bijgedragen aan een stabilisering van het beroep extramurale zorg. “Het overheidsbeleid zie je terug in de resultaten”, zegt onderzoeker Inger Plaisier. Het SCP plaatst wel de kanttekening datr er niet is gekeken naar de ontwikkeling van het gebruik van persoonsgebonden budgetten (pgb). Het kan zijn dat vooral jongere gebruikers van extramurale zorg een groter beroep op het pgb zijn gaan doen.
Verhoudingen
Ook merkt het SCP dat de verhoudingen in de zorg sinds dit jaar behoorlijk zijn veranderd. Op grodn van de nieuwe Wmo hebben gemeenten per 1 januari veel zorgtaken van het Rijk overgenomen. Toch verwacht het SCP dat de trend onder ouderen zal doorzetten. “We hebben het ministerie van Volksgezondheid aanbevolen de ontwikkelingen te blijven volgen”, zegt Plaisier. (ANP/Skipr)