Woensdag houdt hij aan het VUmc in Amsterdam zijn inaugurele rede als eerste hoogleraar ggz-verpleegkunde in Nederland. In het Noord-Hollands Dagblad geeft Berno van Meijel een voorproefje van zijn visie op de toekomst van de geestelijke gezondheidszorg. De psychiatrisch patiënt gaat volgens Van Meijel meer zelf bepalen. Daar moeten goede richtlijnen voor komen.
De afgelopen tien jaar is er al veel veranderd in de ggz. Terwijl in Den Haag een nieuwe bezuinigingsronde van zo’n 300 miljoen euro wordt voorbereid, probeert Van Meijel de zorg inhoudelijk en van binnenuit te veranderen, schrijft het Noord-Hollandse Dagblad.
Binnen het onderzoeksprogramma van de leerstoel ggz-verpleegkunde neemt zelfmanagement een belangrijke plaats in. Dat de witte uniformen bepalen wat goed is voor de patiënt is een verouderde gedachte, zegt Van Meijel in het Noord-Hollands Dagblad. Volgens hem heeft een behandeling juist heeft meer kans van slagen als patiënt ook een verantwoordelijke rol heeft in het proces.
Als bijzonder hoogleraar ggz-verpleegkunde wil Van Meijel – die zich zelf ontwikkelde van A-verpleegkundige tot wetenschapper – richtlijnen ontwikkelen om psychiatrisch patiënten beter te leren omgaan met de lichamelijke en psychische gevolgen van hun aandoening. Met name voor de lichamelijke aspecten is in het verleden weinig aandacht geweest, vindt hij. De nadruk lag op het psychisch functioneren. Dit terwijl psychiatrische patiënten gemiddeld een kortere levensverwachting hebben door hun leefstijl. Ze bewegen minder, eten vaker ongezond en roken vaker, aldus de hoogleraar.