VWS moet structureel een hoger budget beschikbaar stellen om de uitbreiding van de inzet van poh- ggz mogelijk te maken. Anders is het besluit van de NZa tot verruiming van poh-ggz tot één fte per praktijk een wassen neus.
Dit stelt LHV in een brief die op 3 september naar minister Edith Schippers van VWS ging. Het maximum in 2015 was een derde fte per praktijk. In 2014 was er in 33 procent van de praktijken een poh-ggz werkzaam. In 2015 was dat in 88 procent. In beide jaren werd het beschikbare budget flink overschreden, tot bijna veertig miljoen per jaar. En dat gaat af van de kosten voor basishuisartsenzorg.
Huiverig
LHV stelt dat veel huisartsenpraktijken behoefte hebben aan een ruimere inzet van poh-ggz. Het aantal patiënten met lichtere psychische klachten neemt namelijk flink toe. De praktijken zijn alleen huiverig om te investeren in extra capaciteit als er geen zicht is op een structureel budget voor poh-ggz.