AppleMark
Meer dan de helft van de leden van raden van toezicht in de zorg vindt de eigen vergoeding te laag. Gemiddeld vinden ze dat de bezoldiging een kwart hoger mag zijn dan nu het geval is. Dat blijkt uit het jaarlijkse Nationaal Commissarissen Onderzoek van TIAS School for Business and Society en de Erasmus Universiteit.
Aan het onderzoek deden 387 commissarissen en toezichthouders uit zowel de publieke als private sectoren mee. De grootste groep van de commissarissen in het onderzoek waren commissaris bij een zorginstelling, gevolgd door niet-beursondernemingen. De negende editie van het Nationaal Commissarissen Onderzoek richtte zich specifiek op remuneratie.
Dalende tevredenheid
Over de gehele linie is 51 procent van de commissarissen en toezichthouders tevreden over de huidige vergoeding. Hierbij kan worden opgemerkt dat de hoogte van die vergoeding sterk uiteen loopt. Gemiddeld verdient de commissaris bij een beursonderneming met ruim 56 duizend euro het meest. Commissarissen bij niet-beursondernemingen, coöperaties, familiebedrijven en pensioenfondsen krijgen tussen de 20 duizend en 26 duizend euro. Bij zorginstellingen gaat het om een bezoldiging van gemiddelde rond negen duizend euro per jaar, tegen respectievelijk 12 en 6 duizend euro bij woningcorporaties en onderwijsinstellingen.
Meer dan de helft van de toezichthouders en commissarissen in de zorg vindt de eigen bezoldiging te laag. In het onderwijs is eenzelfde percentage ontevreden. Hoewel een kleine minderheid van álle toezichthouders nog content zegt te zijn met de eigen beloning (51 procent), is er wel sprake van een dalende trend (58 procent in 2013).
Zwaardere taken
Gemiddeld zouden toezichthouders en commissarissen een stijging van de bezoldiging van 25 procent passend vinden. Ze wijzen in dit verband op een verzwaard takenpakket en de toegenomen tijdsbesteding. Toch zijn er ook qua tijdsbesteding grote verschillen tussen de verschillende sectoren. Aan het commissariaat bij beursondernemingen en coöperaties wordt de meeste tijd besteed (29,4 respectievelijk 32,5 uur per maand). Bij toezichthouders in de zorg is de helft minder (15,6 uur). Dit is minder dan de totale gemiddelde tijdbesteding, die is gestegen van 16 naar 18 uur per maand.
WNT
Toezichthouders leggen ook een verband tussen de hoogte van de bezoldiging en de kwaliteit van het toezicht. Om de kwaliteit van het intern toezicht op te halen vindt 43 procent van de commissarissen dat de beloning omhoog moet. Als het om de beloningshoogte van bestuurders gaat liggen de kaarten anders. Volgens onderzoekers Mijntje Lückerath en Auke de Bos zijn toezichthouders in de publieke sector het opvallend vaak oneens met de stelling dat de Wet Normering Topinkomens (WNT) een negatief effect heeft gehad op de kwaliteit van bestuurders. Ook vinden zeven van de tien toezichthouders de angst dat bestuurders naar het buitenland vertrekken vanwege beloningsdiscussie overdreven.
Vooringenomen standpunten
Volgens Lückerath en De Bos laat het commissarissenonderzoek zien dat de kwestie van topbeloningen een onderwerp is dat vanuit verschillende perspectieven bekeken kan worden. Ze pleiten voor explicitering van deze perspectieven zodat er een open en transparante dialoog gevoerd kan worden. “Het debat lijkt nu vaak te verzanden in algemeenheden en vooringenomen standpunten”, aldus Lückerath en De Bos.