Medical expense concept by the calculator with blur patient at the hospital in background
Eén op de vijf zorginstellingen in Nederland heeft vorig jaar verlies geleden, blijkt uit een analyse van accountants- en adviesbureau EY.
Vooral zelfstandige behandelcentra, de jeugdzorg, de verpleging- en thuiszorginstellingen hebben het zwaar. Zij verdienen zo weinig dat er nauwelijks mogelijkheden zijn om buffers op te bouwen om te kunnen investeren en innoveren. Van de tien subsectoren in de zorg halen drie sectoren een rendement van 1 procent of lager. Zelfstandige behandelcentra hebben met 0,1 procent het laagste rendement van de subsectoren, hierna volgt jeugdzorg met 0,5 procent en de verpleging, verzorging en thuiszorg instellingen komen uit op 1 procent.
In totaal hadden de Nederlandse zorginstellingen een rendement van 1,7 procent, dit percentage zal verder dalen tot naar verwachting 1,5 procent, als ook alle instellingen in de geestelijke gezondheidszorg (GGZ) hun jaarrekening hebben gedeponeerd. In verband met problemen met nieuwe verantwoordingsregels hebben de ggz-instelingen tot 1 december uitstel gekregen voor het inleveren van hun jaarrekening.
De verantwoordingsproblemen spelen ook in andere sectoren. De decentralisatie van de zorg heeft gezorgd voor extra administratieve lasten en druk op financiële middelen, waardoor meer instellingen dan ooit tevoren de deadline van 1 juni niet hebben gehaald, zo constateert EY. De late deponeringen zullen een negatief effect hebben op het uiteindelijke rendement zoals dat ook vorig jaar het geval was (van 2,0 procnet naar 1,7 procent).
Toch gaat het niet met alle instellingen in de sector slecht. Zo staan academische ziekenhuizen er volgens EY juist goed voor in financieel opzicht. Het accountantskantoor onderzocht 1050 jaarrekeningen van zorginstellingen over 2015. (ANP/Skipr)