De directe dialoog tussen toezichthouders en stakeholders mag meer nadruk krijgen in de nieuwe Governancecode Zorg 2017. Dat vindt hoogleraar en toezichthouder Peter van Lieshout, die sprak bij de presentatie van de nieuwe code op 15 december.
Yvonne van Rooy, voorzitter van de Brancheorganisaties Zorg (BoZ), bood de nieuwe Governancecode Zorg 2017 in Amersfoort aan diverse cliëntenorganisaties aan. In de nieuwe code, die op 1 januari 2017 van kracht wordt, staan de bestuurlijke waarborgen voor het bieden van goede zorg aan cliënten centraal.
Die zijn gevat in zeven principes, waarvan ‘De maatschappelijke doelstelling en legitimatie van de zorgorganisatie is het bieden van goede zorg aan cliënten’ en ‘De raad van bestuur en raad van toezicht hanteren waarden en normen die passen bij de maatschappelijke positie van de zorgorganisatie’ de eerste twee zijn.
Moderne bestuursmodellen
In zijn betoog vergeleek Van Lieshout, die onder meer toezichthouder is bij zorgverzekeraar Menzis, de Governance Code Zorg met de Corporate Governance Code waarvan enkele weken geleden een nieuwe versie verschenen is. Naar zijn oordeel is er in deze laatste code meer rekening gehouden met moderne bestuursmodellen, met name waar het de dialoog tussen toezichthouders en stakeholders betreft.
Vrijblijvend
Ook Pouwel van de Siepkamp van het landelijk bestuur van KansPlus onderstreepte in zijn bijdrage, die hij mede namens cliëntenorganisaties LOC, LSR, NCZ gaf, het belang van dialoog, “want de zorg is niet alleen van de zorgorganisaties of van de cliënten, maar van iedereen.”
Van de Siepkamp had op het punt van naleving van de code graag strakkere bepalingen gezien. “Als een organisatie zich niet aan de code houdt, moet na een oordeel van de governancecommissie de sectorale branchorganisatie besluiten wat met dit oordeel gedaan wordt. Dat is wat ons betreft nog iets te vrijblijvend.”
Werk in uitvoering
Volgens Jacobine Geel, voorzitter van GGZ-Nederland en van de Bestuurscommissie Governance, is de Governance Code Zorg in zekere zin werk in uitvoering: “Vanaf 1 januari gaan we er echt in de praktijk mee aan de slag.” Van belang daarbij is volgens Geel dat de nieuwe code geen statisch afvinklijstje is. Om die reden nodigt de code meer dan de oude versie uit tot actieve verantwoording van bestuurders en toezichthouders in de zorg. De code markeert wat haar betreft een beweging van afvinken naar aanspreken. Vertrouwen is daarbij het centrale begrip: “En wie vertrouwen vraagt, krijgt verantwoordelijkheid.”
Van Rooy benadrukte dat dialoog en luisterend vermogen hand in hand gaan. “De verschillende partijen moeten er nu zelf hun weg in gaan vinden. Het gaat vooral om vertrouwen. En natuurlijk om naar elkaar luisteren en niet alleen maar roepen.”
Belangrijke stap
Ondanks enkele punten van kritiek vindt Van de Siepkamp de nieuwe code een belangrijke stap die ruimte geeft voor verdere ontwikkeling. “We zijn als cliëntenorganisaties net Rupsje Nooitgenoeg en we willen altijd meer. Niet alle punten die we hadden ingebracht, zien we terug, maar de nieuwe governance-code is zeker een mijlpaal”.
Ook Van Lieshout heeft lovende woorden. Zo besteedt de Governance Code Zorg uitgesproken aandacht aan de inbedding van de organisatie in de omgeving. Daar zou het bedrijfsleven in de Corporate Governance Code volgens hem weer een voorbeeld aan kunnen nemen.