Legosteine
Over vijf jaar moet vijftig procent van het behandelaanbod in de curatieve zorg transparant zijn. Dat bepleit Bas van den Dungen, directeur-generaal curatieve zorg van VWS. Om dit te realiseren moet de Nederlandse zorg niet opnieuw het wiel uitvinden, maar gebruik maken van al bestaande internationaal beschikbare standaarden zoals die van ICHOM.
Van den Dungen deed zijn pleidooi tijdens een bijeenkomst eerder deze maand die in het teken stond van value based healthcare. Volgens Van den Dungen kunnen deze principes een goede leidraad zijn om de Nederlandse zorg beter, betaalbaarder en transparanter te maken. Maar –zo stelde hij- “vind niet het wiel opnieuw uit, maar maak gebruik van kennis die al beschikbaar is”. Eén van de sterke punten bij de toepassing van value based healthcare in Nederland is volgens Vanden Dungen die bereidheid tot samenwerking tussen professionals, patiënten, zorgaanbieders en zorgverzekeraars.
Adviesbureau KPMG constateert in een recent advies dat Nederland nog niet uitblinkt in transparantie. Wereldwijd neemt Nederland een gedeelde zevende positie in als het gaat om de mate waarin ons zorgsysteem inzicht geeft in de kwaliteit van de geleverde zorg, de ervaring van de patiënt en de kosten van de zorg. Nederland scoort hoog als het gaat om het geven van inzicht in de financiële banden tussen zorgaanbieders en de industrie en de mate waarin patiënten inzicht hebben in patiëntervaringen. Het Nederlandse zorgsysteem is echter minder succesvol als het gaat om transparantie over de uitkomsten van de geleverde zorg en de toegang die patiënten hebben tot hun gezondheidsdossier, zo komt naar voren uit het onderzoek ‘Goed, beter, best’.
Datakwaliteit
Ook David Ikkersheim van KPMG vindt net als Van den Dungen dat Nederland een voorbeeld kan nemen aan het buitenland. Blijkens het KPMG-onderzoek scoren met name Scandinavische landen hoog als het op transparantie aankomt. Dat laat onverlet dat de beschikbaarheid van betrouwbare data in veel landen een probleem vormt. Ikkersheim: “Het openbaar maken van gegevens over een zorgsysteem is van weinig waarde als deze data niet volledig, niet juist, niet actueel en niet vergelijkbaar zijn. Om de datakwaliteit in Nederland te verbeteren dienen kwaliteitisregistraties steekproefsgewijs gecontroleerd te worden, zodat patiënten weten waar ze aan toe zijn.”
Forse stappen
Van den Dungens pleidooi voor meer transparantie kan in ieder geval op instemming rekenen van Zorgverzekeraars Nederland (ZN). “Om het door Bas van den Dungen geschetste doel te bereiken – transparantie voor vijftig procent van de ziektelast in de curatieve zorg in vijf jaar tijd – is duidelijk dat nog forse stappen gezet moeten worden”, aldus Marianne Lensink, directeur Zorg van ZN. “ZN draagt hier vanuit het gezamenlijke Programma Kwaliteit zeker haar steentje aan bij. We doen het absoluut niet slecht in Nederland, maar patiënten wachten al te lang op de brede beschikbaarheid van kwaliteitsinformatie over de zorg.”
Kwaliteitsregistaties
Als voorbeeld van hoe het kan wijst Lensink op het formuleren van uitkomstindicatoren voor medisch specialistische zorg. “De succesvolle tri partite aanpak in de medisch specialistische zorg heeft geleid tot uitkomstindicatoren voor achttien aandoeningen op basis van kwaliteitsregistraties. Deze informatie is voor iedereen toegankelijk via zorginzicht.nl. Zorgverzekeraars zien het als een uitdaging om in het gezamenlijke programma de ontwikkelde kennis over te dragen naar de andere sectoren, zoals de geestelijke gezondheidszorg, de eerste lijn en de wijkverpleging.”
Een andere good practice is de samenwerking tussen zorgverzekeraar Menzis en de Santeon ziekenhuizen. De twee partijen kregen voor hun gezamenlijke programma rond waardegedreven zorg tijdens de Value Based Health care prijs voor “excellente samenwerking”. “We vinden dat zorgaanbieders transparant zouden moeten zijn over hun uitkomsten en laten zien dat ze permanent verbeteren”, licht Joris van Eijck, directeur Zorg bij Menzis, het initiatief toe. “Daar wordt de klant beter mee geholpen en op de lange termijn kunnen we de kosten hiermee verminderen.”