Er is een duidelijke relatie tussen psychische klachten en het succes van een schouderoperatie. Dat concludeert orthopedisch chirurg Rinco Koorevaar van het Deventer Ziekenhuis, in onderzoek waarmee hij 5 juli aan het UMCG is gepromoveerd. “Voor een goed resultaat na een schouderoperatie, moeten zo nodig ook psychische klachten behandeld worden.”
Bijna één op de drie Nederlanders heeft schouderklachten. Vaak gaat dit gepaard met psychische klachten. Tot nu toe werd aangenomen dat de resultaten van een schouderoperatie bij patiënten die al voor een operatie kampen met psychische klachten, slechter zijn dan bij patiënten zonder psychische klachten. Deze aanname blijkt onjuist, zo laat onderzoek onder 315 patiënten in het Deventer Ziekenhuis zien. Ook patiënten die al psychische klachten hebben voor een operatie, herstellen daar over het algemeen goed van.
Restklachten
Uit het onderzoek van Koorevaar is wel gebleken dat patiënten die twaalf maanden na de operatie psychische klachten hebben, een duidelijk slechter resultaat van de operatie ervaren. “Deze patiënten hebben beduidend meer restklachten”, stelt Koorevaar. “Deze worden negatief beïnvloed door de psychische klachten. Behandeling ervan zou een positieve invloed kunnen hebben op de schouderklachten.”
Psychische klachten hebben volgens Koorevaar ook invloed het meten van schouderklachten. “Veel pijnklachten worden door patiënten met psychische klachten uitvergroot, daar waar mensen zonder psychische klachten niet moeilijk doen over lichte restklachten na een operatie.” Koorevaar pleit ervoor niet alleen schouderklachten te behandelen, maar zo nodig ook psychische klachten in het na traject van een schouderoperatie.
Expertisecentrum
Het Deventer Ziekenhuis voert per jaar zo’n zeshonderd schouderoperaties uit. Het ziekenhuis staat bekend als supra regionaal expertisecentrum voor schouderoperaties.