Toezicht Wmo Rotterdam-Rijnmond heeft kritiek op de onorthodoxe behandelmethode van jongeren met problemen van Jeugdplusjeugd in de Rotterdamse regio. De regionale toezichthouder zet vraagtekens bij acties als schreeuwen, op de deur bonzen, dreigen met klappen en ondersteuning door het geven van bijbelstudie, zo blijkt uit een onderzoeksrapport waarover het AD bericht.
De Wmo-toezichthouder startte een onderzoek na signalen dat de zorg bij Jeugdplusjeugd niet op orde was. De conclusie is dat er inderdaad op punten maatregelen nodig zijn. Zo vertelden medewerkers bij een bezoek dat ‘het geven van knuffels’ een deel van de geboden zorg is. De zorgaanbieder moet in een gedragscode vastleggen wat de grenzen zijn aan dit lichamelijke contact.
Ook moet duidelijk zijn welke rol religie bij de aanpak speelt. Een van de directeuren leidt een pinkstergemeente. De bijbelstudie op woensdagavond is zowel voor jongeren die hulp krijgen als voor andere bezoekers. “Op zich geen probleem in een vermenging van zorg en religie, mits dit ook als zodanig is verwoord”, aldus het rapport van de toezichthouder.
No nonsense
Jeugdplusjeugd levert ondersteuning in het kader van de Wmo 2015 aan jongeren van 16 tot en met 27 jaar. De zorgaanbieder stelt jongeren die kampen met verslaving, criminaliteit, schulden en die zorg mijden te helpen met een ‘no-nonsense aanpak’. Hieraan wordt uitvoering gegeven door adviseren, ontlasten, uitdagen, begeleiden en verzorgen, maar ook door het bieden van ‘onvoorwaardelijke liefde’ en ‘veiligheid, rust en structuur’.
De Rotterdamse zorgaanbieder heeft tot 1 oktober de tijd om verbetermaatregelen te treffen, aldus het AD.