Minister Schippers van Volksgezondheid is voorlopig niet van plan om in te grijpen in de onenigheid tussen de coöperatie Nationaal Kinderoncologisch Centrum (NKOC) en de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra (NFU). Dat blijkt uit schriftelijke antwoorden op Kamervragen van PvdA’er Eelke van der Veen, zo schrijft Medisch Contact.
Conflict
Sinds het NKOC eind 2009 werd opgericht, worden de coöperatie en de NFU het niet eens over de oprichting van een Nationaal Kinderoncologisch Centrum. Het NKOC wil de Nederlandse kinderoncologie in één gebouw huisvesten, om zo verbetering van zorg door concentratie te bewerkstelligen. De NFU verzet zich tegen een dergelijke concentratie. Zo schreven medewerkers van het UMC Groningen ouders van patiënten met kanker afgelopen januari een brief waarin ze aangaven het NKOC ‘niet nodig en ook niet wenselijk’ te vinden.
Overleg
Schippers schrijft in haar antwoord op de kamervragen het te betreuren als onenigheid tussen partijen over de ruggen van patiënten en hun ouders wordt uitgevochten, maar meldt ook dat de visie van het UMCG overeenkomt met het standpunt van de NFU. “In dit licht vind ik de brief van het UMCG aan de ouders begrijpelijk”, aldus de minister. Ook schrijft ze dat er afgelopen juni op haar departement overleg met beide partijen is geweest. De uitkomst van dat gesprek was ‘dat partijen onderling toen nog niet tot een vergelijk waren gekomen’. De minister bevestigt dat de NFU opnieuw uitstel heeft aangevraagd tot oktober 2011.
Niet ingrijpen
Op de vraag of de minister bereid is zich in te zetten voor een spoedige oplossing van het conflict, schrijft ze dat ze thans geen reden tot ingrijpen ziet. Er zou wel aanleiding voor ingrijpen kunnen zijn ‘indien het gebrek aan samenwerking tussen kinderoncologen en NFU zou leiden tot een situatie die de patiëntveiligheid bedreigt of als de communicatie over problemen tussen deze groepen tot een onaanvaardbare belasting van ouders van patiënten zou leiden’, aldus Schippers.