De provincies Groningen en Drenthe krijgen samen minder geld om banen in de huishoudelijke hulp te behouden dan Friesland, terwijl daar veel minder hulpen werkzaam zijn. Dat meldt het Dagblad van het Noorden (DvhN).
Groningse en Drentse gemeenten krijgen in 2014 en 2015 in totaal 24,4 miljoen euro uit Den Haag om huishoudelijke hulpen aan het werk te houden. Dat blijkt uit een rondgang van DvhN. Veel banen staan op de tocht omdat gemeenten bezuinigen op de thuiszorg.
In Groningen en Drenthe maakten op 1 januari ruim 30.000 ouden en zieken gebruik van een huishoudelijke hulp. Dat is bijna twee keer zo veel als in Friesland, waar 16.000 hulpbehoevenden zijn. Toch krijgen Friese gemeenten meer geld van het Rijk: in totaal 24,9 miljoen euro.
Gezamenlijke aanvraag
Alle noordelijke gemeenten konden in 2014 bij de overheid aankloppen voor de zogeheten ‘Huishoudelijke Hulp Toelage’. De Friese gemeenten – op een na – besloten dat samen te doen, aan het einde van de aanvraagperiode. Volgens wethouder Sjoerd Tolsma van Súdwest-Fryslân, die de aanvraag indiende, is het bedrag daarom zo hoog uitgevallen.
Voor heel Nederland was er 190 miljoen euro beschikbaar, maar niet elke gemeente deed een beroep op de geldpot. Het restbedrag dat zo overbleef, kregen de deelnemende gemeenten ‘extra’.
In Groningen hebben zeven gemeenten de schoonmaakhulp maar afgeschaft of gaan dat doen. In Drenthe gaat het om vijf gemeenten. Inwoners moeten hier hun hulp zelf betalen.
Ontslagen
Voor het banenbehoud zijn overal in het Noorden tonnen euro’s aangevraagd en gekregen, maar de rijksmiljoenen kunnen ontslagen niet voorkomen. Zo schrapte TNS Thuiszorg in februari de banen van 48 thuishulpen in het Noorden. Dit terwijl de zes gemeenten waar zij werkten samen 2,8 miljoen euro voor baanbehoud.