Van de mensen die besmet zijn met het hepatitisvirus is wereldwijd slechts vijf procent hiervan op de hoogte. Nog minder mensen worden er daadwerkelijk voor behandeld, slecht 1 procent. In het kader van Wereld Hepatitis-dag, 28 juli, dringt de World Health Organization (WHO) er bij landen op aan om actie te ondernemen.
Volgens Margaret Chan, directeur-generaal van de WHO, heeft de wereld het gevaar van hepatitis te lang genegeerd. “Het is tijd om een wereldwijde response op gang te brengen, op een schaal die vergelijkbaar is met de aanpak van andere besmettelijke ziektes als HIV/Aids en tuberculose.”
Wereldwijn zijn ongeveer 400 miljoen mensen besmet met hepatitis B en C, meer dan tien keer het aantal besmettingen met HIV. Zo’n anderhalf miljoen mensen is in 2013 gestorven aan de gevolgen van de ziekte. In 1990 waren dat er half miljoen minder.
In mei, op de World Health Assembly, zijn voor het eerst wereldwijde doelen gesteld en afspraken gemaakt. Zo moeten voor 2020 8 miljoen mensen worden behandeld voor hepatitis B of C. Op de lange termijn moet het aantal besmettingen met 90 procent afnemen, voor 2030 moet het aantal sterfgevallen met 65 procent worden teruggebracht.
Dat zijn ambitieuze doelen, erkent de WHO, maar de middelen zijn er. Er is een effectief vaccin tegen hepatitis B en goede behandeling is mogelijk. Voor hepatitis C is nog geen vaccin, maar er is de afgelopen jaren wel vooruitgang geboekt in de behandeling. In veel landen ligt behandeling echter nog niet binnen handbereik door beleid, regels en de kosten van geneesmiddelen.