Tachtigplussers die deze week meeliepen met de Vierdaagse, hebben het erg warm gehad. Hoewel zij uitstekend getraind en goed voorbereid waren, viel ongeveer een kwart van de 245 lopers van 80 jaar en ouder uit. Dit blijkt uit onderzoek van inspanningsfysioloog Maria Hopman van de Radboud Universiteit in Nijmegen in samenwerking met zorgverzekeraar Coöperatie VGZ.
Hopman wijdt de problemen aan het feit dat heel oude mensen minder transpireren en minder dorst hebben. Daarom drinken ze te weinig onderweg, wat tot flauwvallen en hartklachten kan leiden. Gemiddeld moet een Vierdaagseloper 2 tot 3, 5 liter extra drinken onderweg, maar sommige oudere lopers drinken maar hooguit 1 liter, wat volgens Hopman echt veel te weinig is.
Fitte ouderen
De onderzoeksgroep van Hopman volgde dit jaar speciaal de hoogbejaarde lopers, die gemiddeld voor de 20e keer meedoen. Uit een vragenlijst vooraf blijkt dat deze deelnemers allemaal heel fit zijn en dagelijks een uur of langer wandelen. De helft van hen heeft in het afgelopen jaar geen medisch specialist gezien en 30 procent ging niet naar de huisarts. Ook zoeken zij nog geregeld uitdagingen op.
Zorgaanbod
VGZ werkt mee aan het onderzoek omdat het de zorgverzekeraar inzicht geeft in de effecten van een actieve leefstijl op de kwaliteit van leven en het voorkomen en het minder snel verergeren van ziekten. “Met de uitkomsten van het onderzoek kunnen we ondermeer nieuw zorgaanbod op maat ontwikkelen,” aldus een woordvoerder. “Nederlanders geven daarnaast aan hulp te kunnen gebruiken bij het voorkomen van gezondheidsproblemen en zien een belangrijke rol voor de zorgverzekeraars. Wij willen deze hulp bieden en het Vierdaagse onderzoek draagt daar zeker aan bij.” (Skipr/ANP)