Een ziekenhuisbestuur moet het verminderen van medische fouten niet aan de zorgprofessionals overlaten. In de dagelijkse gang van zaken in een ziekenhuis spelen daarvoor te veel tegengestelde belangen. Dat stelt arts en onderzoeker Ian Leistikow, die op maandag 20 december op dit onderwerp promoveert aan de TU Delft.
Teleurstellend
Leistikow constateert dat de snelheid waarmee verbeteringen op het gebied van patiëntveiligheid worden ingevoerd teleurstellend is. “Het probleem is dat zorgprocessen in hoge mate multidisciplinair zijn”, aldus Leistikow, die voor zijn promotieonderzoek ondermeer drie case studies bij het UMC Utrecht uitvoerde. “Je hebt dus steeds met verschillende groepen en verschillende belangen te maken. Als je het onderwerp patiëntveiligheid aan de zorgprofessionals zelf overlaat, zal het door die tegengestelde belangen, meestal niet opschieten. Je hebt bijna altijd iemand nodig die boven de partijen staat, het bestuur dus.”
Besef
Leistikow onderstreept dat de inhoudelijke kennis wél van de professionals moet blijven komen. Die inhoudelijk kennis over patiëntveiligheid is volgens Leistikow meestal voldoende aanwezig bij de zorgprofessionals, maar hij maakt wel een kanttekening. “Er is bij deze groep helaas weinig kennis over algemene veiligheidskunde. Bijvoorbeeld over de vraag hoe menselijke fouten kunnen ontstaan. Ook ontbreekt het besef dat dit niet altijd persoonlijke fouten hoeven te zijn maar dat de omgeving daarin ook een rol kan spelen. Dit besef leeft al veel sterker in andere branches, bijvoorbeeld de petrochemische industrie of de luchtvaart.”
Procesmatig
Leistikow concludeert dat een ziekenhuisbestuurder effectief leiding kan geven aan het verbeteren van de patiëntveiligheid door een procesmatige aansturing. Die aansturing moet volgens hem dan wel voldoen aan zes kenmerken: alle betrokkenen moeten inbreng kunnen geven; de deelname moet voor alle betrokkenen veilig zijn; er moet een juiste hoeveelheid druk worden georganiseerd om de voortgang te bewaken; de uitkomsten moeten inhoudelijk verdedigbaar zijn; professionals moeten intrinsiek gemotiveerd kunnen worden voor deelname en het initiatief en de ondersteuning moeten door het bestuur worden georganiseerd.