In 1994 werd Bluetooth-technologie ontwikkeld door een Nederlander in Zweedse dienst van Ericsson. Twintig jaar later heeft de draadloze techniek haar weg gevonden naar drie miljard elektronische apparaten.
Voor Amerikanen de reden om onze landgenoot een eervolle vermelding te geven in de National Inventors Hall of Fame (tussen onder andere Edison, de gebroeders Wright en Henry Ford), en voor de Volkskrant een aanleiding om een interessant vraaggesprek met Haartsen te publiceren in haar editie van twee weken geleden.
Jaap Haartsen hekelt daarin het Nederlandse innovatieklimaat, omdat het volgens hem onderzoekers te afhankelijk maakt van subsidie. “De manier waarop hier veel onderzoek wordt gedaan, lijkt meer op een schoonheidswedstrijd”, stelt Haartsen. “Het gaat erom wie het mooiste verhaaltje maakt en daar krijg je geld voor. Daar kun je weer een paar jaar mee uit de voeten. Heeft het niets opgeleverd? Nou jammer dan. Bedenk maar een volgend nieuw verhaaltje.”
Schoonheidswedstrijd
Ik betrap me erop dat ik sympathie heb voor zijn kritiek en reflecteer dit onmiddellijk aan de rol die KWF Kankerbestrijding heeft in de allocatie van gelden voor oncologisch onderzoek. Als onderzoek een schoonheidswedstrijd is, delen wij immers de prijzen uit. Bij de rol van onderzoeksfinancier hoort de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat de gelden optimaal worden besteed. Het is onze missie dat niemand meer hoeft te sterven aan kanker. Wij willen dat onze uitgaven optimaal impact hebben op deze missie.
Nog niet al te lang geleden, in 2013, hebben wij een onderzoek laten uitvoeren over de rol van een maatschappelijke organisatie bij het maximaliseren van onderzoeksresultaten naar potentiële therapeutische toepassingen van fundamenteel onderzoek, middels translatie, richting de patiënt. In dat onderzoek bleek dat KWF jarenlang met name een rol speelde als ‘financial contributor’. Hierbij financieren wij projecten en programma’s maar de verantwoordelijkheid voor doorontwikkeling van de uitkomsten van onderzoek lagen bij het onderzoeksveld. Daardoor bekroop het gevaar van ‘fund & forget’, waarbij resultaten van fundamenteel onderzoek op de plank blijven liggen.
Beleidsvisie
Dat dwingt ons niet alleen kritisch naar het onderzoeksveld, maar ook naar onszelf te kijken. Wat kunnen wij doen om onze financieringsstructuur zó in te richten dat onderzoeksresultaten zo snel mogelijk bij de patiënt terechtkomen? En welke rol moet KWF daarin pakken?
De afgelopen jaren hebben we hard gewerkt aan een antwoord op deze vragen. Dat heeft geleid tot een nieuwe beleidsvisie voor de periode 2015-2019, die geheel is ingericht op het realiseren van impact op onze missie. Deze week presenteren wij deze beleidsvisie officieel. Volgende week vertel ik u in het tweede deel van dit tweeluik graag wat KWF gaat doen om onderzoeksresultaten sneller en beter terecht te laten komen bij de patiënt en hoe we onze eigen organisatie inrichten om als Bluetooth het laboratorium en de kliniek met elkaar te verbinden.
Michel Rudolphie