Duizenden zelfstandigen in de zorg dreigen hun fiscale status als ondernemer kwijt te raken. De Belastingdienst ziet hen niet meer als zelfstandig ondernemer en geeft dus geen nieuwe VAR-WUO. De praktijk zoekt naar oplossingen.
Soms kunnen vraagtekens worden gezet bij de verhouding tussen bemiddelaars en de zelfstandige zorgverlener. Maar om nu de indruk te wekken dat iedere zelfstandige in de zorg als schijnzelfstandige aan het werk is, is ons te kort door de bocht. Veel belangrijker is te zoeken naar oplossingen om de huidige patstelling tussen de Belastingdienst en de zorgsector te doorbreken.
Vraag en aanbod
Volgens de Belastingdienst fungeren bemiddelingsbureaus en zorginstellingen in de zorg feitelijk als werkgever van de zelfstandige zorgverlener. In sommige gevallen heeft zij daar een punt. Niet alleen omdat de bemiddelaars vraag en aanbod van de zorg bij elkaar brengen, maar ook omdat ze het inroosteren en de uitbetaling regelden. Volgens het kabinet is de flexibilisering in de zorg doorgeschoten en naar het blijkt, moet een hele grote groep zelfstandigen het nu ontgelden.
Schijnzekerheid
Een oplossing voor de ontstane problemen is op korte termijn geboden. Vanuit verschillende hoeken worden pogingen gedaan. Een coöperatie van zorgprofessionals stuurt bijvoorbeeld aan op een betere verdeling van de rechten en verplichtingen tussen bemiddelingsbureaus en zelfstandigen. Er werden hiertoe twee initiatieven gelanceerd: een beoordeling van de bureaus in goede en foute contractpartijen en een nieuwe overeenkomst voor alle zelfstandigen. In die overeenkomst staan inkoopvoorwaarden waarin volgens de coöperatie de minimale wettelijke regelingen zijn opgenomen.
Vormgeving
Bij de beoordeling van de arbeidsrelatie speelt de vormgeving van de overeenkomst tussen de zelfstandige en het tussenkomstbureau zeker een belangrijke rol, maar de wijze waarop aan de overeenkomst in de praktijk uitvoering wordt gegeven, is minstens zo belangrijk. Aanpassing van de overeenkomsten biedt ons inziens slechts een schijnzekerheid voor de betrokken partijen.
Pilot
Een afgeronde pilot van het Ministerie waarbij 750 zelfstandigen in de thuiszorg direct factureren aan het zorgkantoor lijkt geslaagd. Blijkbaar is directe facturatie aan het zorgkantoor, en niet aan het bemiddelingsbureau, van doorslaggevend belang bij beantwoording van de vraag of sprake is van schijnzelfstandigheid. De vraag is of de uitrol van deze pilot niet zal leiden tot een enorme facturatiestroom bij het Zorgkantoor.
Gelijke
Wellicht biedt directe facturatie de oplossing voor de thuiszorg. De problematiek van de schijnzelfstandigheid speelt echter in de gehele zorgsector, niet alleen in de thuiszorg. Wij zoeken als BDO een mogelijke oplossing in nieuwe samenwerkingsvormen tussen de belanghebbenden, waarbij de zelfstandige zorgverlener meer als gelijke naast de zorginstelling staat. Uiteraard dient de zelfstandige te allen tijde ondernemersrisico te lopen, waar mogelijk direct te factureren en zoveel als mogelijk directe verantwoordelijkheid te hebben voor de uitvoering van de zorgvraag. Daarnaast krijgt de zelfstandige zorgverlener echter een direct belang in de organisatie die de zorg verleent. Mogelijk dat de zelfstandig zorgverlener als mede-ondernemer zijn zelfstandigheid beter kan benadrukken.
Praktijk
Vooralsnog zijn er geen panklare oplossingen. We volgen de politieke discussie op de voet en anticiperen met mogelijke oplossingen voor de praktijk.
Nika Stegeman en Robert Rommelaars,
BDO Branchegroep Zorg