Al in 1933 startte de Union for International Cancer Control (UICC) uit Geneve met een wereldwijd offensief tegen kanker. Nu, 80 jaar later heeft deze union 760 organisaties aan zich gebonden en ondersteunt deze wereldwijd organisaties en campagnes met onderzoek, kennis en financiële middelen.
Al in 1933 startte de Union for International Cancer Control (UICC) uit Geneve met een wereldwijd offensief tegen kanker. Nu, 80 jaar later heeft deze union 760 organisaties aan zich gebonden en ondersteunt deze wereldwijd organisaties en campagnes met onderzoek, kennis en financiële middelen.
De UICC heeft 4 februari uitgeroepen tot Wereldkankerdag. Hun uitgangspunt is ‘Fighting Cancer Together’. De Nederlandse campagne heeft als slogan: ‘Kanker heb je samen’. Ik vind dat een treffende uitspraak. Kanker is doodsoorzaak nummer één in Nederland. Het percentage mensen dat te maken krijgt met kanker groeit. Inmiddels is dat één op de drie Nederlanders. Velen van ons worden zelf ziek of maken mee dat een vriend of familielid een vorm van kanker krijgt. Deze cijfers liegen er niet om.
Ontwikkelingen
Gelukkig zijn er ook positieve berichten te melden. Want dankzij de UICC, dankzij voortschrijdend inzicht, dankzij de medische wetenschap en de steeds beter wordende zorg, is kanker niet alleen maar die levensbedreigende ziekte meer. Dankzij die samenwerkende organisaties die kennis en inzicht delen, zijn er steeds meer ex-kankerpatiënten. Op dit moment is het zo dat meer dan de helft van de patiënten na tien jaar nog leeft.
Wat betekent dit?
Wat betekent dit nou voor de ziekenhuiszorg? Onze kennis is toegenomen, behandelingen worden complexer, waardoor we moeten kijken hoe en ook waar de beste zorg geboden kan worden. Niet elk ziekenhuis kan elke vorm van oncologische zorg bieden. En wat betekent het voor de patiënt? Dat, met deze verhoogde kans op genezing, er naast de medisch-specialistische behandeling van de ziekte meer en andere zorg nodig is. Nazorg, mantelzorg, psychologische ondersteuning: hulp om grip te krijgen op een leven na kanker. Goed georganiseerde ketenzorg voor de patiënt, dat moet ons doel zijn.
Regionale oncologische netwerken
Het is dus niet meer dan logisch dat wij, ziekenhuizen, samen met andere zorgverleners en patiëntenorganisaties aan de slag gaan. We gaan intensiever samenwerken om ketenzorg voor kankerpatiënten te optimaliseren. In concreto: betere regionale oncologische netwerken gaan er voor zorgen dat de juiste zorg op het juiste moment toegankelijk is voor de patiënt. Dat de patiënt alle benodigde stappen in het proces in juiste ‘handen’ kan doorlopen. Dichtbij huis als het kan, en verder weg als het moet.
Veldagenda oncologie
We zijn er nog niet. Maar met de veldagenda oncologie – en steun daarvoor van een groot aantal partijen die actief zijn in de oncologische zorg – is er weer een belangrijke stap gezet. Een gezamenlijke stap op weg naar betere oncologische netwerken en dús gericht op betere oncologische zorg.
Gezamenlijkheid
Op een dag als vandaag vind ik het belangrijk om de nadruk te leggen op deze gezamenlijkheid. We weten uit het verleden wat samenwerking kan opleveren, kijk naar maar het UICC. De patiënt moet er op kunnen vertrouwen dat de juiste zorg voor hem beschikbaar is. Of je in een krimpgemeente woont of juist in de groeiende Randstad, dat maakt niet uit. Oncologische zorg zal deels verder geconcentreerd moeten worden, maar zal ook voor een groot deel dichtbij beschikbaar blijven. Wat een nog belangrijkere rol gaat spelen is het delen van kennis en ervaring. Tussen zorgaanbieders onderling en met de patiëntenorganisaties gaat meer en betere kennisdeling plaatsvinden. Want een ziekte als kanker bestrijden we het beste als we samenwerken.
Margot van der Starre
Directeur van de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen (NVZ)