Concentratie van complexe zorg is een belangrijke ontwikkeling, maar ook keuze en concurrentie en het toezicht daarop zijn van levensbelang. Voor patiënten is het te hopen dat het optreden van de NMa niet verzwakt wordt maar een nieuwe impuls krijgt.
Voor beleidsmakers, bestuurders en consultants lijkt ‘concentratie en spreiding’ momenteel het hipste concept op congressen, blogs en opiniepagina’s. Concentratie van complexe zorg is goed voor kwaliteit, spreiding van minder complexe zorg dient gecontroleerd te gebeuren, zo luidt de mantra. Hoewel er soms goede argumenten ten grondslag liggen aan de mantra, wordt het belang van concurrentie en keuze geregeld over het hoofd gezien in deze gremia. Voor velen lijkt de wettelijke verankering van dat belang – de Mededingingswet een sta in de weg.
Rol NMa
Sommigen beweren zelfs dat de concurrentie waakhond NMa geen enkele rol meer heeft in de zorg. Omdat de zorg toch geen markt is, of omdat in de zorg het belang van samenwerking nu even belangrijker is dan het belang van concurrentie. Dat zijn verhullende en valse argumentaties die, wanneer de politiek of de NMa ze overneemt, het gevaar in zich dragen [cliché alert!] dat het kind met het badwater wordt weggegooid.
Kritiek
De NMa doet er evenwel goed aan de kritiek aan haar adres serieus te nemen. Te laks bij fusies, te strikt bij nieuwe vormen van samenwerking. Zoals ook andere toezichthouders in de zorg en daarbuiten, moet de NMa actief blijven werken aan haar legitimiteit. Maar het zou eeuwig zonde zijn als de NMa door alle kritiek terugschrikt en de zorg een tijdje met rust laat, een recipe for disaster.
Publiek belang
Toezichthouders zoals de NMa zijn opgericht om een specifiek publiek belang te bewaken. Juist ook omdat niemand anders die rol op zich neemt. Het belang van de vrager (de patiënt, de verzekerde) is nu eenmaal versnipperd en minder krachtig georganiseerd en gefinancierd dan de belangen van zittende aanbieders. Het publieke belang van concurrentie en keuze is zogezegd vrij weerloos zonder waakhond.
Het publieke belang concurrentie en keuze is waardevol, juist in de zorg. Er is een groeiende aanwas van bewijs dat mededinging in de zorg goed kan zijn voor de kwaliteit van zorgprocessen, voor samenwerking in ketens van zorgaanbieders en de solidariteit niet schaadt. Daadwerkelijke keuze of de dreiging van nieuwe toetreders in een betwistbare markt houdt aanbieders bij de les. Het belang van mededingingstoezicht is in de wetenschap zelfs onbetwist, ongeacht ideologische opvattingen.
Goed mededingingstoezicht
Mededinging en het toezicht daarop zijn dus van waarde en behoorlijk weerloos. In de oproepen voor concentratie en gecoördineerde spreiding van het zorgaanbod sneuvelen deze belangen nog wel eens. Met het gevaar van toenemende marktmacht van zorgaanbieders, minder keuze voor patiënten en verzekeraars en marktverdeling ten behoeve van zittende aanbieders. Dat er kritiek is op het huidige mededingingstoezicht is logisch vanuit de kern van de zaak (het temmen van marktmacht oogst immers zelden applaus van zittende aanbieders) en is soms ook, zeker nu, terecht. Twijfelen aan het belang van goed mededingingstoezicht is dat niet.
Michiel Verkoulen
Associate partner ZorgVuldig Advies