Reader Interactions

Reacties 1

  1. Frank Conijn

    “Leefstijlgeneeskunde krijgt alleen goede voet aan de grond als er wetenschappelijk bewijs is dat specifieke, soms zelfs individuele aanpakken werken. Alleen dan is er kans dat leefstijlgeneeskunde ook in verzekeringspakketten terecht komt en serieus genomen wordt.”
    FC: Ik zou “werken” willen vervangen door “kosteneffectief zijn”, maar verder denk ik dat die aanpakken/interventies daar inderdaad goed op onderzocht moeten worden.

    Daarbij zou er een premiekorting moeten komen voor mensen met een gezond voedings- en beweegpatroon. Dat is af te lezen aan bepaalde middellangetermijn biomarkers. En door de korting te laten gelden voor de ziektekostenpremies (nominaal en inkomensafhankelijk) plus de AWBZ/WLZ-afdracht (die daarvoor weer op de loonstrook moet komen te staan), kan het om substantiële bedragen gaan.

    Voordat dat ingevoerd kan worden moet echter ook nog het nodige wetenschappelijke onderzoek gedaan worden. Met als belangrijkste vraag: hoeveel besparen mensen met een gezond patroon? Naast alle vragen die nog leven over de biomarkertests en geniciteit.

    Maar verder mag men er vanuit gaan dat zo’n kortingssysteem veel kosteneffectiever is dan interventies als men al een slecht patroon heeft — voorkomen gaat hier veel makkelijker dan genezen. Voor meer informatie, zie https://gezondezorg.org/preventiebeleid.