Met het sluiten van het bestuurlijk akkoord ‘Toekomst ggz’ gaat een lang gekoesterde wens van GGZ Nederland in vervulling. Een Level Playing Field (LPL) voor alle ggz- zorgaanbieders. Niet langer een onderscheid tussen gebudgetteerde en niet-gebudgetteerde instellingen op basis van geschiedenis, maar eerlijke concurrentie op basis van kwaliteit, toegang en prijs.
Het jaar 2013 is het laatste jaar van de gezamenlijke inkoop door de zorgverzekeraars middels het representatiemodel. In het bestuurlijk akkoord zijn de uitgangspunten voor het LPL, uiteraard binnen de ruimte van het Macro Prestatie Bedrag (MPB), netjes vastgelegd. En ook wat er gebeurt als er tegenvallers zouden zijn. In zo’n eerste jaar van het bestuurlijk akkoord, met de transitie naar daadwerkelijke prestatiebekostiging, zou je verwachten dat de zorgverzekeraars er alles aan doen om zorgvuldig te handelen. De regierol en de gezamenlijke inkoop geeft immers ook verantwoordelijkheid.
Landelijke mist
Niets is echter minder waar. In het laatste jaar van het representatiemodel halen de gezamenlijke zorgverzekeraars alles uit de kast om met veel landelijke mist, verwarring, schijnbewegingen en machtsvertoon de ggz-sector, na de bezuinigingen door de overheid van vorig jaar, nog verder uit te persen en verdwaasd achter te laten. Vanuit Zeist schermen ze met vermeende overschrijdingen zonder onderbouwing, weigeren om indexen toe te passen omdat die niet in het MPB zouden zitten en negeren het LPL door het uitsluiten van zorgaanbieders van groeiruimte met als enige reden dat ze voor 2008 al bestonden.
Nou hebben de zorgverzekeraars natuurlijk ook een taak om tot kostenbeheersing te komen, en zijn ze een inspanningsverplichting aangegaan om binnen het macrokader te blijven. Alle partijen hebben daar trouwens voor getekend. Maar juist daarbij hoort een transparant en controleerbaar inkoopproces, waarbij de uitgangspunten (bijvoorbeeld over het beschikbare financiële kader) open gedeeld worden. Iedereen weet dat onduidelijkheid over de feiten geen basis is voor samenwerking, noch voor onderhandeling.
Machtsverhoudingen
De vraag is nu, kan dat eigenlijk zomaar? Ons stelsel is toch gebaseerd op evenwicht in machtsverhoudingen, vertrouwen en redelijk gedrag. Zolang de zorgverzekeraars zorgvuldig en transparant werken geen probleem. Maar wat als zij zelf de regels oprekken of zelfs aanpassen. Wat is dan de rol van de scheidsrechter?
Daarom heb ik maar eens gekeken naar de rol van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in deze. Haar bevoegdheden zijn helder vastgelegd. De NZa beschikt op basis van de Wet Marktordening Gezondheidszorg over marktordenende bevoegdheden. Dat zijn transparantievoorschriften, administratievoorschriften, tarief- en prestatieregulering en de bevoegdheid tot het ingrijpen in (de wijze van tot stand komen van) overeenkomsten. De uitvoering van die bevoegdheden heeft zich tot nu toe vooral gericht op zorgaanbieders.
Monitor
In de onlangs uitgebrachte monitor zorginkoop zorgverzekeraars schrijft de NZa: Een goed ontwikkelde zorginkoop door zorgverzekeraars is één van de cruciale succesfactoren voor de in 2006 ingezette stelselherziening. Het is de taak van de NZa om, vanuit het consumentenbelang en de werking van het stelsel, toezicht te houden op de zorgmarkten en de regulering daarvan. Binnen dat kader is het tevens de taak van de NZa om vast te stellen welke invulling zorgverzekeraars geven aan hun zorginkoopfunctie. En in de ‘Marktscan ggz schrijft de NZa: De NZa heeft de opdracht goed werkende zorgmarkten te maken (reguleren) en te bewaken (toezicht). (…) Om de verschillende zorgmarkten te kunnen vergelijken, zullen van alle door de NZa onderscheiden zorgmarkten marktscans worden gemaakt, waardoor de NZa de verschillende zorgmarkten kan vergelijken. Op basis van de uitkomsten kan de NZa beslissen waar en hoe zij haar (markt)toezicht- en reguleringstaken inzet. Tot slot schrijft ze: De NZa ontvangt signalen over mogelijk ongewenste situaties in de uitvoering van de Zorgverzekeringswet, de AWBZ en de Wet marktordening gezondheidszorg. Zij schrijft ook dat dit kan leiden tot ingrijpen, waarbij zorgverzekeraars gedwongen kunnen worden hun gedrag aan te passen.
Signaal
Ik wil bij deze dan ook het signaal, dat wij al enige tijd afgeven, nog maar eens stevig herhalen. Nu zorgverzekeraars daadwerkelijk risico lopen op het overschrijden van het MPB en hun tanden laten zien, moet de NZa ingrijpen in hun eenzijdig inkoopbeleid, en zorgen voor een LPL, zowel tussen zorgaanbieders als in de inkoop en verkoop, minimaal door te zorgen dat onderhandelingen transparant en eerlijk gevoerd worden op basis van gelijke informatie en toegang tot de markt.