Zorgverleners moeten ervoor zorgen dat cliënten hen vertrouwen. Dat essentiële ingrediënt van de zorg is niet langer vanzelfsprekend.
De zorg, in de hele breedte, kan alleen functioneren als er voldoende financiering is, als er faciliteiten zijn en als er focus is op de patiënt of cliënt. Focus op de patiënt staat volop in de aandacht. De zorg ontwikkelt zich immers naar meer klantgerichte of liever zelfs klantgestuurde organisaties. En ook op de vloer zelf wordt expliciet aandacht gevraagd voor de patiënt /cliënt als mens. Een mens die moet leren omgaan met zijn beperkingen van de (chronische) ziekte en ouderdom.
Afgedwaald
Vreemd eigenlijk dat focus op de mens nadruk behoeft. Zijn we niet allemaal in de zorg gaan werken omdat we een intrinsieke motivatie hebben om de medemens te helpen? Zijn we zo ver van ons eigen kompas afgedwaald dat we daar nascholing in nodig hebben? Misschien helpt het als we ons realiseren waarom die focus zo belangrijk is.
De aandacht voor de patiënten als mens (‘humanity centered care’) geeft hen het vertrouwen dat nodig is om ons als hulpverleners goed te kunnen laten werken. En dat vertrouwen is nodig. Immers, het meest dierbare dat ze hebben, hun lichaam en hun kinderen, leggen zij letterlijk in handen van zorgverleners.
Brandstof
Dat kan natuurlijk alleen maar als patiënten en cliënten er vertrouwen in hebben dat de zorg goed is en dat de zorgverleners de juiste intentie hebben. Dat ze deskundig zijn en integer, geloofwaardig, oprecht en betrouwbaar. Deze elementen van vertrouwen moeten, behalve in de directe hulpverleners evenzo terug te vinden zijn in de zorgverlenende instantie en zelfs in het zorgstelsel als geheel en daarmee in de overheid. Ook zorgverleners moeten elkaar onderling vertrouwen om van elkaars expertise gebruik te kunnen maken. Vertrouwen is de brandstof van de zorg.
Verschuiving
Nu was het vertrouwen in de zorgverleners en de overheid voorheen als vanzelf onvoorwaardelijk. Maar we horen nu nog maar zelden: “Zegt u het maar dokter, u heeft ervoor geleerd.” Patiënten beslissen en wij als zorgverleners adviseren. Daarbij is het vertrouwen wel impliciet, maar we moeten ervoor zorgen dat het vertrouwen blijft bestaan, een voorwaardelijk vertrouwen. De transitie in de zorg volgt ook de verschuiving van onvoorwaardelijk naar voorwaardelijk vertrouwen. Zo lang we laten zien dat we het vertrouwen verdienen, blijft het wel bestaan, maar we moeten daar actief aan werken. Dat betekent transparantie, verantwoording afleggen en focus aanbrengen. De managers en bestuurders hebben hierin hun eigen rol net als de professionals op de vloer. De voorwaarden voor succes zijn zelfreflectie en communicatie.
Kritisch
We moeten als zorgverleners en organisaties laten zien dat we kritisch naar onszelf kijken en daarop keuzes maken. Intensieve communicatie naar onze klanten en patiënten over waar we voor staan en wat we bereiken is essentieel om het vertrouwen te behouden. En als het lukt dan ontstaat er iets tussen mensen en in de samenleving dat onbetaalbaar is: vertrouwen.
Peter van der Voort
Hoogleraar Healthcare TIAS en internist bij het OLVG. Hij sprak in december 2014 zijn oratie Vertrouwen in de Zorg uit.