‘Er zijn veel te veel regels in de zorg’, is een veel gehoorde, en terechte klacht. Regels die ook het primaire proces massaal bereikt hebben, omdat begeleiders informatie moeten aanleveren of formulieren moeten vullen. Hierdoor worden ze van hun primaire taak, het begeleiden van cliënten, afgehouden.
Ook in het secundaire proces zijn veel medewerkers van zorginstellingen actief in het dienen van de bureaucratie. Het project ’regelarme zorg’ probeert hier verandering in te brengen. Een kansloze missie of een lonkend perspectief?
Waarom zijn er zoveel regels in de zorg?
Veel regels hebben betrekking op de toetsing van de rechtmatigheid, de doelmatigheid of de kwaliteit van de zorg. Er gaat veel geld om in de zorg en een goede gezondheidzorg is van groot persoonlijk en maatschappelijk belang. Het is daarom begrijpelijk dat ’men’ dit ordentelijk wil regelen. Budgetoverschrijdingen en incidenten werken daarbij helaas als een onvoorwaardelijke prikkel met een voorspelbare reflex: meer regels. Sommigen noemen het een vorm van zelfrijzend bakmeel. Ik noem het liever een moderne uitvoering van de Hydra van Lerna.
Van wie zijn die regels?
De regels in de zorg hebben vele ’stiefvaders’. De verwijtende blikken zijn daarbij vaak gericht op de overheid en externe, toezichthoudende partijen (VWS, CIZ, IGZ, CAK, Zorgkantoren, verzekeraars, HKZ, NZA, etc.). Daar komen straks nog de gemeenten bij, die allemaal beleidsvrijheid claimen met een diversiteit aan nieuwe regels en bureaucratieën tot gevolg. Dit beeld is overigens incompleet. Zorgorganisaties creëren namelijk ook zelf veel regeldruk en hebben daar dus een eigen verantwoordelijkheid in.
Elke partij heeft daarbij zijn eigen idioom, accenten, formulieren en belangen. Sec genomen worden daarbij geen onredelijke vragen gesteld. De stapeling echter van al die formulieren leidt tot een onpersoonlijke machine die maar moeilijk te stoppen is. Een aantal externe toezichthouders vinden het project ’Regelarme zorg’ een uitstekend project als we maar blijven voldoen aan hun regels! Uit een intern onderzoek blijkt dat voor cliënten met een wat complexere zorgvraag het om 60 verschillende formulieren kan gaan die met enige regelmaat gevuld moeten worden.
Terugbrengen regeldruk
Er is een breed draagvlak voor het verlagen van de regeldruk. Het vorige kabinet bood zorginstellingen de mogelijkheid om te experimenteren met regelarme zorg. De huidige staatssecretaris continueert gelukkig dit project. Onze organisatie is toegelaten tot dit experiment en heeft inmiddels een jaar ervaring in dit kader op drie locaties. Budgettair neutraal werken we aan het terugbrengen van de regeldruk met minimaal 10 procent. De tijd die we hiermee winnen investeren we in het levensgeluk van cliënten. Wat er in dat opzicht toe doet wordt besproken met de cliënt, de familie en de betrokken professionals.
De voorlopige effecten hoopvol
Alle interne betrokkenen zijn inmiddels geïnfecteerd met het regelarme virus. Regels worden niet meer vanzelfsprekend toegepast, maar per definitie tegen het licht gehouden. Op de agenda staan onderwerpen die volgens alle betrokkenen essentieel zijn in de zorg. Samen praten ze over en werken ze aan het geluk van de cliënt. Medewerkers ervaren erkenning van hun professionaliteit en ruimte om de juiste dingen te doen. Cliënten en ouders zijn meer tevreden en ook betrokken .
Geëxtrapoleerd naar onze gehele organisatie kunnen we minimaal 64 ftegaan vrijspelen voor geluk-bevorderende, extra zorg als we de regelmachine onder controle krijgen. Op landelijk niveau voor de gehandicaptenzorg gaat het over in potentie 224 miljoen euro. AWBZ-breed kan dit leiden tot een opbrengst van 800 miljoen euro die op een alternatieve wijze kan worden aangewend.
Peter Nouwens
voorzitter raad van bestuur Stichting Prisma