Naakt, 80 jaar oud en zittend op een douche-stoel terwijl hij gewassen wordt. Met deze foto van meneer de Vries, maakte o.a. het Brabants Dagblad op 7-11-2013 in één beeld duidelijk waarom het goed lijkt om de persoonlijke verzorging en verpleging bij elkaar te houden.
In het artikel wordt tevens opgemerkt dat meneer de Vries ook verpleegkundige zorg krijgt in de vorm van wondverzorging en insuline-injecties. . Een aangrijpend beeld waarin kwetsbaarheid en ouderdom op perfecte wijze gerepresenteerd worden. Eén plaatje vertelt ook hier meer dan een mooi praatje Daar helpt geen keukentafelgesprek tegen. De rollator rechts op de foto, geaccentueerd door de wandelstok, doet vermoeden dat meneer de Vries ook nog eens slecht ter been is. Van enige enscenering lijkt hier sprake te zijn omdat alles wel zeer perfect op de juiste plaats staat.
Victorie
De kop van het artikel: “Strijd over verzorging beslecht” lijkt te verwijzen naar een arena waarin hard gevochten is om delen van de verzorging van meneer de Vries. De directeur van Actiz kraait victorie: “De tweedeling is nu verleden tijd” stelt hij. Op zich vreemd want hoe kan iets wat niet bestaan heeft, verleden tijd worden? De Actiz-directeur verwijst dus waarschijnlijk naar een ontwerpfout in de nieuwe wetgeving en naar een “onnatuurlijke” splitsing tussen verzorging en verpleging.
De zorgverzekeraars zijn de grote overwinnaars, aldus de krant, want zij strijken met de eer en krijgen de persoonlijke verzorging in hun verzekeringspakket. Meer dan een miljard euro kan worden toegevoegd aan hun budget. Bij een strijd zijn er natuurlijk ook altijd verliezers. Dat zijn in dit geval de gemeenten. In het regeerakkoord was namelijk opgenomen dat de persoonlijke verzorging naar de lokale overheid zou gaan.
Eenheidsworst
De Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) is zelfs woest en schort de medewerking aan de decentralisatie van de zorg op. Volgens de VNG kunnen de gemeenten nu geen maatwerk meer leveren. Ook is er volgens de directeur van de VNG sprake van een “eenheidsworst” in de zorgverzekeringswet en zij voorspelt ook een stijging van de eigen bijdrage en de ziektekostenpremies. Het laatste argument lijkt redelijk, de relatie met maatwerk en eenheidsworst is arbitrair en niet onderbouwd. Het verwijst respectievelijk hoogstens naar frustratie en naar ambitie. De zucht van verlichting bij veel ouderen wijst zelfs rechtstreeks naar een aanpassing, die klaarblijkelijk wordt beleefd als een verbetering.
Toch is de boosheid van de gemeenten en de VNG te begrijpen. Een plan, gebaseerd op een wet die al bij de Raad van State ligt, wordt kort vóór de feitelijke invoering fors gewijzigd. Gemeenten zijn zich al langere tijd, met een groot verantwoordelijkheidsgevoel en veel ambitie, aan het voorbereiden op deze transitie.
Een zeer complexe opdracht/ taak ligt bij de gemeenten. Zeker ook omdat het niet alleen om een verschuiving van verantwoordelijkheden gaat maar om een fundamenteel, inhoudelijk herontwerp van de zorg.
Herontwerp
Voor een succesvol (her)ontwerp is een aantal ingrediënten van groot belang:
- Een gedragen, consistente visie op basis van een gemeenschappelijke waardeoriëntatie die richting geeft aan de herontwikkeling van een zorg die ingebed is in een maatschappelijke context. De casus van meneer de Vries laat duidelijk zien dat hier geen sprake van is. De percepties en interpretaties naar aanleiding van deze modificatie staan zelfs haaks op elkaar.
- Tijd en ruimte om met elkaar inhoud te geven aan deze opdracht. Het gaat om en complexe zoektocht naar een passend alternatief. Dat vraagt gewoon om veel tijd. De factor tijd is in deze casus en in de lopende transities een groot issue.
- Vertrouwen en samenwerking tussen burgers, de lokale – en rijksoverheid, de welzijns-, de onderwijs- en de zorgorganisaties. Niet gebaseerd op het alleenrecht of het beter willen worden ten koste van anderen, maar op het willen leveren van een bijdrage aan een collectieve opdracht: goede en houdbare zorg. De casus laat zien dat er ook veel andere belangen spelen en dat het vertrouwen tussen belangrijke stakeholders onder druk staat. Evident is dat dit geen bijdrage levert aan een succesvolle ontwikkeling.
- Reflectie en feedback op basis waarvan geleerd kan worden. Alleen zo kan voorkomen worden dat we dezelfde fouten maken die in het huidige systeem zitten. Van ideeën die achter een bureau bedacht zijn of van systeemwijzigingen sec, is nog nooit iemand beter geworden. Het gaat in dit geval vooral om het zoeken, uitproberen, reflecteren en leren. Een community of practice, waarbij het leren een integraal onderdeel is van de dagelijkse werk, is daarbij een passende werkwijze. Ook deze casus leert ons dat nog heel veel “maatwerk” bedacht is van achter het bureau. Experimenten en pilots in en vanuit de alledaagse praktijk bieden hiervoor een veel beter platform.
De casus van meneer de Vries laat ook zien dat reflectie niet vanzelfsprekend de eerste (primaire) reactie is, die gegeven wordt. Het leereffect zal dan ook nihil zijn. Blijft de vraag of er nu sprake is van wijs beleid of slappe knieën? Vanuit het perspectief van meneer de Vries bekeken: heel wijs. Vanuit het perspectief van het herontwerp en de maatschappelijke opdracht ? Moeilijk te beantwoorden. Er lijkt vooral vanuit een politiek perspectief gehandeld te zijn terwijl er behoefte is aan een inspirerende, lange termijnvisie op de zorg.
Peter Nouwens
Voorzitter raad van bestuur Stichting Prisma