Velen gebruiken de zomer om eens bij te lezen en op te ruimen – het is zo lekker rustig als iedereen op vakantie is. Zo niet de zorgmedewerkers en –bestuurders. Deze laatsten zijn tijdens deze vakantieweken druk bezig met de zorgverkoop. Zorgaanbieders moeten nu hun offertes opmaken voor de zorgcontractering voor 2013, voor zorgkantoren en gemeenten. Daar gebeuren opvallende zaken.
Indexeren
Bijzonder vind ik dat er gemeenten zijn die in hun offerteaanvraag aangeven dat zij de tarieven voor de zorg niet willen indexeren in de komende vier jaar. Hoezo niet indexeren? Gaan de kosten voor de zorgorganisaties dan niet omhoog, zoals de werkgeverslasten (premies WW, pensioen e.d.)? Hoe moet het dan met cao-wijzigingen? En gaan de benzinekosten niet omhoog, die thuiszorgmedewerkers hebben als zij naar hun cliënten toe rijden? En de tarieven die verschillende overheden in rekening brengen, zoals OZB en BTW, blijven die ook ongewijzigd? Ik begrijp dat gemeenten de komende tijd ook de broekriem moeten aanhalen, maar dat doorschuiven naar zorgorganisaties en daarmee eigenlijk naar de zorgmedewerkers is wel heel gemakkelijk.
10 centimeter
Zorgorganisaties ploeteren zich ondertussen door een papiermassa heen. “Laatste leesronde voor de offertes productie 2013. Flinke belangen. Eerste geruststelling: ze hebben de vereiste dikte! Bijna 10 cm papier”, twitterde Anja Schouten van Zorgbalans. Wilden wij niet ook naar minder bureaucratie in de zorg? Zoveel centimeters papier, bestaande uit vragenlijsten, verantwoordingen en vereiste plannen van aanpak op tal van terreinen, doen vermoeden dat daar nog veel bureaucratie in stand blijft. Dit vergt van zorgorganisaties veel personele inzet, die beter besteed kan worden aan directe zorg.
10 procent
Zorgelijker nog is de inhoud van de inkoopeisen. In een tijd dat we het hebben over de houdbaarheid, betaalbaarheid en kwaliteit van zorg, is het bizar dat de verpleeg- en verzorgingshuizen de ‘Agema’-gelden mogen houden – een tariefsverhoging van 5 procent –, maar tegelijkertijd dreigen de tarieven in de zorg met soms 10 procent te worden gekort. Ik kan het niet uitleggen dat zorgorganisaties enerzijds een kwaliteitsimpuls krijgen om medewerkers aan te nemen en op te leiden, maar anderzijds met minder medewerkers zorg moeten verlenen vanwege de door de overheid gewenste scherpe zorginkoop door verzekeraars. Efficiënt werken ja: met innovaties en procesverbeteringen werken zorgorganisaties en medewerkers daar hard aan. Maar een kwaliteitsimpuls betekent vooral meer tijd voor cliënten en dat kan niet met per saldo lagere tarieven
Nog maar zeven ZZP’s
Een ander struikelblok voor zorgorganisaties is het feit dat, vooruitlopend op de definitieve besluitvorming over scheiden van wonen en zorg die pas plaats zal vinden ná de verkiezingen van 12 september, zorgkantoren nu al niet meer willen contracteren voor zorgzwaartepakketten 1, 2 en 3. Dat is met name voor ZZP3 een bezwaar, want dat gaat om grote aantallen – in 2011 kregen 30.000 mensen een indicatie voor ZZP3. Het niet contracteren voor ZZP3 wordt namelijk niet vervangen door contracten voor ZZP4 en hoger, ondanks het feit dat mensen daarmee wel op wachtlijsten staan. Zo blijven zorgondernemers met lege kamers zitten. Ook dat heeft, net als een tariefskorting, een enorme impact op de bedrijfsvoering. Voor een groot aantal, veelal kleinere zorgorganisaties, betekent zo’n enorm ingrijpende beleidsmaatregel op zo’n korte termijn wellicht zelfs de genadeklap. Met alle gevolgen van dien voor medewerkers en cliënten.
Besluitvorming
Ik realiseer me dat financiële perspectieven een andere organisatie en inrichting van de VVT branche vragen. Het is zelfs zo dat die verandering ook zonder financiële krapte aan de orde zou moeten zijn: het gaat óók om het opvangen van groeiende krapte op de arbeidsmarkt en aandacht voor de kwaliteit van leven van ouderen. Dat proberen we ook met de campagne Het nieuwe ouder worden duidelijk te maken. Maar dan moet er ook een heldere, onderbouwde politieke besluitvorming plaatsvinden over het AWBZ-pakket en over de premies voor de zorg, die ook eerlijk en open gecommuniceerd wordt naar kiezers/verzekerden/cliënten. En die mensen en organisaties reële tijd geven om op de daaruit voortkomende, ingrijpende, veranderingen in te spelen.