Ziekenhuisbestuurders blijken onvoldoende te specificeren aan welke eisen schoonmaakbedrijven moeten voldoen. Ook laten zij onvoldoende onafhankelijke kwaliteitsinspecties uitvoeren. Dat stelt bestuursvoorzitter Jacques Reijniers van Het Nederlands Inkoop Centrum (NIC) en tevens hoogleraar Inkoopmanagement aan Nyenrode Business Universiteit.
Prestatieindicatoren
Volgens Reijniers wordt naar aanleiding van de Zembla-uitzending zondagavond de zwartepiet ten onrechte alleen bij de schoonmaakbranche gelegd. “Natuurlijk moeten schoonmaakbedrijven goed werk leveren, maar dan moet wel eerst duidelijk zijn wat onder ‘goed’ verstaan wordt. Als Het NIC constateren wij dat er aan de dienstverlening door schoonmaakbedrijven nog te vaak een algemeen beschrijvend document of contract ten grondslag ligt, zonder heldere en meetbare prestatieindicatoren. Elk ziekenhuis heeft een protocol waarin omschreven staat aan welke eisen moet worden voldaan, maar dat wordt vervolgens niet doorvertaald, laat staan gecontroleerd. Men mag van schoonmakers niet verwachten dat zij zelf gaan bepalen op welke hoogte de lat moet worden gelegd: dat is toch echt een bestuurlijke verantwoordelijkheid”, aldus Reijniers.
Inspectie
De afdeling Kwaliteitszorg van Het NIC voert jaarlijks meer dan 3500 kwaliteitsinspecties uit op het gebied van schoonmaakdienstverlening. Regelmatig blijkt hieruit dat de dienstverlener niet voldoet aan de gestelde eisen of het contract niet op een juiste wijze nakomt. “De uitzending heeft ons dan ook in dat opzicht niet verbaasd. Wel laten de makers van het item onderbelicht dat kwaliteit in alle gevallen begint met goed specificeren vooraf en vervolgens met goed monitoren achteraf. In beide opzichten schieten veel ziekenhuisbestuurders tekort, en dat wreekt zich vroeg of laat.”
Best practice
Volgens Reijniers kan het probleem van slecht schoongemaakte ziekenhuizen ‘binnen enkele maanden’ uit de wereld zijn als bestuurders de lopende contracten met hun schoonmakers per direct herzien en een aantal ‘best practices’ toepassen met betrekking tot het vaststellen van de inkoopbehoefte en het borgen van het kwaliteitsmanagement. Reijniers: “Er is in de markt voldoende kennis aanwezig op dit terrein, dus geen enkel ziekenhuis hoeft risico’s te lopen.”