De federatie KNMG is tegen de invoering van periodieke registratie voor basisartsen waar demissionair minister Klink mee bezig is. In een reactie afgelopen vrijdag op het ontwerpbesluit periodieke registratie maakt de KNMG uitdrukkelijk bezwaar. De artsenfederatie wijst er onder meer op dat alternatieven nog onvoldoende zijn onderzocht.
Schrappen uit BIG-register
Herregistratie heeft tot gevolg dat artsen die geen ‘individuele gezondheidszorg meer verlenen binnen hun deskundigheidsgebied’ uit het BIG-register worden geschrapt. Dit betekent dat zij de titel arts dan niet meer mogen voeren. Ook het verrichten van voorbehouden handelingen (waaronder voorschrijven) is dan niet meer toegestaan.
‘Onnodig en niet werkbaar’
De KNMG vindt dat de invoering slechts een marginale verbetering oplevert voor de kwaliteit van de zorg. Deze weegt niet op tegen de kosten en administratieve lasten die daarmee gemoeid zijn. Bovendien levert het invoeren verschillende praktische problemen op waar onvoldoende rekening mee is gehouden en waarvoor onvoldoende alternatieven zijn onderzocht. De KNMG noemt de herregistratie onnodig en niet werkbaar. “Ondanks deze bezwaren meent de minster over te moeten gaan tot het invoeren van periodieke registratie voor basisartsen” klaagt de KNMP op haar site.
Protest tegen herregistratie
De KNMG heeft de Tweede Kamer en de minister maandag opnieuw van haar standpunt op de hoogte gebracht. Ook ander partijen, waaronder RIVM en het CBG, hebben geprotesteerd tegen de herregistratie van basisartsen. Als de minister vasthoudt aan zijn plan, worden de basisartsen op 1 januari 2016 met de herregistratie geconfronteerd.
Alternatief register
Als de minister niet helemaal van het plan wil afzien, stelt de KNMG als alternatief voor dat er een register komt van niet-praktiserende artsen. Artsen die niet meer voldoen aan de criteria voor herregistratie blijven dan wel als arts geregistreerd in het BIG-register, maar mogen slechts de titel ‘arts niet-praktiserend’ voeren. Een dergelijk register zou tegemoet komen aan de wensen van de minister en voor een deel tegemoet komen aan de bezwaren van de KNMG.