De vastgoedportefeuille van de meeste zorginstellingen ziet er niet gunstig uit. Het merendeel van de gebouwen voldoet niet aan de eisen van kwaliteit, efficiëntie en effectiviteit. Daarbij loopt de kwaliteit van de gebouwen terug en zijn de meeste vastgoedobjecten slecht verhandelbaar. Dat constateert adviesbureau Twynstra Gudde op basis van een vastgoedmonitor die samen met de Technische Universiteit Delft is uitgevoerd.
Uitstel investeringen
Om de vastgoedportefeuille op peil te brengen, zijn forse vervangingsinvesteringen nodig. De onderzoekers constateren echter dat instellingen zijn terughoudend zijn met grotere vervangingsinvesteringen . Deze terughoudendheid hangt samen met de onzekerheden rond het nieuwe kapitaallastenregime. Daar is in het jaar 2008 de kredietcrisis bijgekomen, waardoor instellingen grote moeite hebben om plannen gefinancierd te krijgen. De solvabiliteitsratio’s verbeteren weliswaar licht, maar zijn nog altijd slecht. Opvallend is wel dat de financiële positie per instelling sterk verschilt. Dit bewijst volgens de onderzoekers dat er bij de liberalisering van het vastgoed allerminst sprake is van een gelijk vertrekpunt.
Heersende cultuur
Twynstra Gudde en TU Delft willen met de vastgoedmonitor bijdragen aan de professionalisering van het vastgoedbeheer. Daar schort het volgens de onderzoekers nog altijd aan. Zo hebben veel instellingen moeite om de gegevens over het eigen vastgoed boven water te krijgen. Ook is er nog weinig aandacht voor waardecreatie met vastgoed. De onderzoekers wijten dit de heersende cultuur in de gezondheidszorg. Die is meer gericht op kostenbeheersing dan op waardecreatie.
Bovendien zijn er nog veel instelling die de zorgexploitatie en het vastgoedbeheer niet boekhoudkundig scheiden.
Lichtpuntjes
Toch zien de onderzoekers wat betreft de professionalisering van het vastgoedbeheer ook lichtpuntjes. Zo hebben steeds meer instellingen aparte vastgoedafdelingen. Dit duidt op een scheiding tussen de facilitaire functie en de vastgoedfunctie. Waarbij facilitair zich veelal richt op het onderhoud en beheer en de vastgoedafdeling zich meer bezig houdt met strategische afwegingen op portefeuilleniveau.
Daarnaast daalt het aantal gebouwen en locaties per instelling. Hieruit leiden de onderzoekers af dat instellingen meer oog krijgen voor de exploiteerbaarheid: niet-rendabele objecten worden afgestoten.
Opvallend is ook de trend waarbij eigendom plaats maakt voor huur. Het aandeel van de vastgoedvoorraad in eigendom is met circa 10 procent gedaald. Daarmee laten de instellingen zien zich beter bewust te zijn van leegstandrisico’s.