Het pensioenfonds Zorg en Welzijn gaat de pensioenen van haar deelnemers komend jaar niet indexeren als gevolg van de kredietcrisis. Het grootste pensioenfonds ABP neemt eenzelfde maatregel. De uitkering aan gepensioneerden blijft daarmee volgend jaar gelijk aan het niveau van dit jaar. Volgens het ABP laat de financiële positie van het fonds het niet toe om de hoogte van de uitkering mee te laten stijgen met inflatie. De dekkingsgraad, de mate waarin het fonds in staat is al zijn deelnemers in een keer uit te betalen, was op 1 november nog geen 104 procent. Het wettelijk vereiste minimum is 105 procent. De dekkingsgraag van Zorg en Welzijn is zelfs tot onder de honderd procent gedaald. Gezien de “bijzondere” financiële situatie zal ABP vanaf volgend jaar elke maand de dekkingsgraad bekendmaken. Op basis van het herstelplan zal ABP voor 1 juli volgend jaar bekijken of er aanleiding is om een nieuw besluit te nemen over indexering. ABP heeft “nadrukkelijk de ambitie om pensioenen de loonontwikkeling te laten volgen”, aldus bestuursvoorzitter Elco Brinkman. “We kunnen niets beloven, maar we gaan er serieus naar kijken.”
Geen verbetering
Het pensioenfonds Zorg en Welzijn, dat het pensioenvermogen laat beheren door PGGM, heeft ook besloten de pensioenen van zijn deelnemers volgend jaar niet te indexeren als gevolg van de onrust op de financiële markten. De premies worden niet gewijzigd. Dat heeft het fonds voor twee miljoen (oud-)werknemers in de zorgsector vrijdag bekendgemaakt.
Het besluit om niet te indexeren, betekent volgens Zorg en Welzijn dat de opbouw van pensioenen dit jaar niet meegroeit met de gemiddelde loongroei van 3,67 procent in de sector.
Zorg en Welzijn heeft de waarde van zijn beleggingen de afgelopen maanden flink zien dalen. Het fonds ziet vooralsnog geen verbetering van de marktomstandigheden.