De zorgverantwoording op basis van Diagnosebehandelcombinaties (DBC) of DOT is te veel gebaseerd op producten en te weinig op de outcome van zorg. Bovendien zijn de DOTs nog steeds te ingewikkeld. Dat zei André Rouvoet, voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland (ZN), vandaag op het congres van beroepsvereniging HEAD.
“We hebben als zorgverzekeraars het nodige te stellen met de enorm complexe regelgeving en het toezicht dat de NZa daarop houdt. De vraag is of er manieren zijn om van de gegevensgerichte controles naar systeemgerichte controles te komen” aldus Rouvoet. De ZN-voorzitter ziet mogelijkheden in het certificeren van de administratieve organisatie en de interne controle (AO/IC) van zorgaanbieders. “Als je weet dat dat het proces in orde is, hoef je de productie minder te controleren. Je komt dan in de buurt van horizontaal toezicht, volgens het high trust, high penalty principe.”
De buurvrouw uitleggen
Volgens Rouvoet heeft de invoering van DBC’s wel voordelen gehad. “Er wordt nu in ieder geval een relatie gelegd tussen de diagnose en de behandeling. Met de DOTs is er vervolgens ook nog een slag gemaakt in de omvang. We zijn van dertigduizend DBC’s naar 4000 DOTs gegaan. Tegelijkertijd heeft dat weer als nadeel dat die DOTs te generiek geworden zijn. Ik leg het mijn buurvrouw niet uit dat er een MRI-scan in haar DOT staat, terwijl ze die helemaal niet gehad heeft.”
Uiteindelijk zou Rouvoet toe willen naar een vergoeding om basis van kwaliteit. “Hoe korter de behandeling en hoe beter de zorg, hoe hoger de vergoeding. Dat meet je aan de hand van doorlooptijden en vragenlijsten onder patiënten. Ik ben ervan overtuigd dat financieren op basis van kwaliteit uiteindelijk geld oplevert. We doen nu een experiment met uitkomstfinanciering rond de behandeling van patiënten met Alzheimer, om te kijken of dat ook echt zo werkt. En als dat zo is, duurt het nog jaren voor uitkomstvergoeding een feit is. Tot die tijd is systeemverantwoording zeker second best.”