Twee derde van alle goedgekeurde Nederlandse donorharten wordt niet gebruikt voor het redden van Nederlandse levens. De organen verdwijnen naar het buitenland voor transplantatie of worden daar uiteindelijk wegens vernietigd tijd- en transportproblemen. Dat schrijft Hartpatiënten Nederland in een brandbrief aan minister Ab Klink (Volksgezondheid). Jaarlijks sterven in Nederland tientallen hartpatiënten, omdat er geen geschikt donorhart voor hen zou zijn.
Brandbrief
De in Roermond gevestigde belangenorganisatie noemt dit een ‘immens transplantatiedrama’. “De afname van het aantal transplantaties heeft in Nederland een historisch dieptepunt bereikt.” Volgens de stichting werd in 2007 slechts 32,9 procent van de geschikt bevonden donorharten daadwerkelijk getransplanteerd in Nederlandse hartpatiënten.
Levens
Concreet werden 167 uitgenomen harten geschikt bevonden voor transplantatie. Slechts 55 hiervan redden de levens van Nederlandse patiënten. “Dit betekent dat een groot aantal geschikte donorharten niet aangewend worden voor levensreddende harttransplantaties en dat kandidaten onnodig op Nederlandse wachtlijsten overlijden,” schrijft Hartpatiënten Nederland. In Duitsland en België worden respectievelijk 65 en 50 procent van de beschikbare donorharten getransplanteerd in eigen ingezetenen. De instantie wil dat de minister onderzoek doet naar de “minimale productiecijfers” in centra voor transplantaties.
