Het farmaceutisch bedrijf AstraZeneca ziet af van een rechtszaak tegen Hartpatiënten Nederland. “Wij nemen geen juridische stappen, we geven de voorkeur aan een dialoog”, laat een woordvoerster van de Nederlandse tak van het concern donderdag weten.
AstraZeneca had Hartpatiënten Nederland een ultimatum gesteld. Als de patiëntenorganisatie een waarschuwing voor het diabetesmedicijn Onglyza niet rectificeerde, zouden er juridische stappen volgen.
Risico op overlijden
Hartpatiënten Nederland waarschuwde deze week mensen die Onglyza gebruiken, zo snel mogelijk in overleg met hun arts te bespreken of ze kunnen stoppen met het middel. Het slikken van deze zogeheten DPP4-remmer zou het risico op hartfalen en zelfs de kans op overlijden vergroten, volgens de belangenclub.
Hartpatiënten Nederland neemt de uitnodiging van AstraZeneca in beraad, maar blijft weigeren te rectificeren, aldus een woordvoerder. “Sterker nog: AstraZeneca moet rectificeren want zij verkondigen onjuistheden, niet de belangenorganisatie van hartpatiënten.”
Oordeel
Hartpatiënten Nederland kwam met de waarschuwing na een oordeel van de Amerikaanse Food and Drug Administration vorige week dat de informatie over dit product moet worden aangepast vanwege het verhoogde risico op hartfalen. In Nederland gebruiken duizenden mensen het betreffende medicijn. Volgens AstraZeneca kunnen patiënten het geneesmiddel gewoon blijven gebruiken.
Het Nederlands Huisartsen Genootschap (NHG) mengde zich woensdag in de discussie, door erop te wijzen dat de NHG-Standaard het gebruik van zogeheten DPP4-remmers als eerste keus therapie ontraadt. Volgens het NHG ontbreekt bewijs voor effectiviteit en veiligheid van DPP4-remmers.