De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) maakt zich zorgen over de ontwikkelingen op de verzekeringsmarkt. In een brief aan minister Schippers laat de NZa weten onderzoek te doen naar budgetpolissen, concurrentie op de zorgverzekeringsmarkt en risicoselectie.
De NZa onderzoekt of verzekeraars bij budgetpolissen hun zorgplicht in voldoende mate nakomen. De NZa wil onder meer weten of verzekeraars voldoende zorg hebben gecontracteerd opdat budgetverzekerden binnen een redelijke termijn en redelijke afstand zorg kunnen krijgen. Ook vraagt de NZa zich af of budgetpolishouders dezelfde kwaliteit van zorg krijgen als degenen die andere, duurdere polissen afsluiten.
Bugetbeperking-bijsluiter
De NZa denkt in januari met haar bevindingen naar buiten te kunnen treden. Afgelopen jaar had zo’n 4,5 procent van de verzekerden een budgetpolis. Naar verwachting zal dit percentage de komende jaren gaan stijgen. Om de consument te beschermen denkt de NZa aan het verplicht stellen van een budgetbeperkingen-bijsluiter, zodat de consument zich bij het afsluiten van een budgetpolis goed bewust is van mogelijke beperkingen in bij en wat dit in de praktijk voor hem of haar kan betekenen.
De NZa gaat ook nadrukkelijk kijken naar risicoselectie. Vrijwel iedere verzekeraar mikt met bepaalde labels of polissen op specifieke doelgroepen, zoals bijvoorbeeld hoger opgeleiden of jongeren. Doordat zulke doelgroepen bepaalde schadelastkarakteristieken hebben kan er sprake zijn van impliciete risicoselectie. Om die reden gaat de NZa onderzoeken “of er polissen zijn die erin slagen om winstgevende verzekerden te trekken en verliesgevende verzekerden af te houden, hoe dat werkt en welke marketing verzekeraars voor die polissen inzetten”. Daarin wordt ook de relatie tussen de basisverzekering en de aanvullende verzekering, net als de rol van het eigen risico meegenomen.
Samen met Zorginstituut Nederland kijken we welke mechanismen hier optreden en hoe deze precies werken.
Keuzestress
In de brief aan Schippers merkt de NZa op dat het voorbeeld van Zwitserland en Oostenrijk doet vermoeden dat een groter aantal polissen niet altijd leidt tot meer concurrentie tussen verzekeraars. Naar mate het aantal polissen stijgt, wordt er minder geswitcht, stelt de NZa. Een mogelijke verklaring voor dit fenomeen zou “keuzestress” kunnen zijn.
Het aantal polissen in Nederland is gestegen van 57 in 2010 naar 70 basisverzekeringen in 2014. De NZa wil niet uitsluiten dat de verzekeraars hiermee inspelen op veranderende voorkeuren van consumenten, maar de marktmeester in de zorg wil niet uitlsujiten dat het grote aantal polissen ook kan wijzen op een gebrek aan concurrentie of het toepassen van risicoselectie door verzekeraars.
Eerder kondigde de NZa al aan de contractering in kaart te brengen in delen van de GGZ en eerstelijnszorg. Ook bekijkt zij of verzekeraars de juiste informatie geven op hun website en vergelijkingssites. Daarnaast liet ook interim-bestuursvoorzitter Maarten Ruys recentelijk weten scherp te gaan letten op machtsconcentraties bij zorgverzekeraars.