Vier kinderen uit een gezin uit de Krimpenerwaard hebben tegen Jeugdzorg in Zuid-Holland een strafklacht ingediend voor zware geestelijke mishandeling, gijzeling, opzettelijke vrijheidsberoving, belaging, dwang en het belemmeren van vrijheid om te verklaren. Dit schrijft Trouw.
De aangifte is gericht tegen Jeugdbescherming regio West, de directeur, een teamleider en een medewerkster, die als voogd is opgetreden. Volgens de klacht zou ‘zware terreur’ op de kinderen zijn uitgeoefend in de jaren dat zij op last van de kinderrechter uit huis waren geplaatst. Zo werd van één van de jongens uit het gezin de mobiele telefoon afgepakt, werd hij gedwongen e-mailwachtwoorden af te geven, mocht hij geen contact hebben met zijn advocaat, werd hem verboden zijn ouders te bezoeken en zijn oudste broer te benaderen.
De in totaal zeven kinderen, nu tussen 17 en 22 jaar, werden in 2008 uit huis geplaatst. Het toenmalige Bureau Jeugdzorg in Zuid-Holland, nu Jeugdbescherming West, deed dat omdat de geloofsbeleving van de ouders een risico zou zijn voor de ontwikkeling en belangen van de kinderen. Ondanks onder meer een uitspraak van het gerechtshof in het voordeel van de ouders bleef de situatie jarenlang gehandhaafd. Volgens de kinderen was overheidssubsidie voor Jeugdzorg mogelijk een drijfveer om thuisplaatsing van de kinderen te verhinderen. Volgens hen leverde een enkele uithuisplaatsing Jeugdzorg jaarlijks ongeveer 50 duizend euro op.