Maatwerk in de care mag, ook wanneer het om kwaliteit van zorg gaat. Dit was een min of meer geruststellende uitkomst van het debat in de Eerste Kamer over de wet cliëntenrechtenzorg.
Deze wet wordt aangepast om het Kwaliteitsinstituut een plek te geven. Ook het Kwaliteitsinstituut is het er mee eens dat in de langdurige zorg de kwaliteit bepaald wordt in het gesprek tussen zorgprofessional en cliënt. En dat standaarden en protocollen niet het uitgangspunt van kwaliteit zijn. Maatwerk wanneer het kan en standaarden wanneer het moet.
Moed om los te laten
ActiZ heeft dat steeds bepleit, omdat het juist in de care gaat om de kwaliteit van leven. Behoud of verbeteren van kwaliteit van leven, vraagt om te luisteren naar en aan te sluiten bij de wensen en behoeften van het individu, in plaats van die van een systeem. Dat de staatssecretaris deze mening is toegedaan, is een opluchting. Zowel voor de Kamerleden die vandaag voor de wetwijziging stemden, als voor ons, vertegenwoordigers van zorgorganisaties. Ons pleidooi staat mooi verwoord in het positionpaper “De moed om los te laten.” ‘Kwaliteit is een dynamisch en relationeel concept’, stellen we in de paper, dat wil zeggen, kwaliteit is afhankelijk van de context en standaarden passen daar niet bij.
Protocollen loslaten
Toch blijft bij mij nog wel een gevoel van ongemak knagen. Het heikele punt blijft natuurlijk: wie bepaalt wanneer maatwerk kan? De staatssecretaris legt dit nu bij het veld neer, bij de zorgorganisaties en de zorgmedewerkers. De plaats waar het hoort. Maar durft de overheid nu echt haar wensen om alles vast te leggen in standaarden en protocollen los te laten? Mag mevrouw Jansen nu echt, in weerwil van de standaard voor hygiëne in het verzorgingshuis, haar half geschilde appeltje laten staan als ze het niet in een keer op wil eten? Ook als het appeltje dan een keer vergeten wordt?
En mag meneer Zijlstra zijn ommetje blijven maken, ondanks dat hij slecht ter been is en licht dementerend? Mag hij dat doen zonder begeleiding, maar met een gps/zendertje dat een signaal afgeeft wanneer hij te ver uit de buurt van zijn verzorgingshuis gaat? En mag hij dat nog als hij een keer valt?
Vertrouwen
De moed om los te laten vereist een ware cultuuromslag. De cultuur van controle en het krampachtig willen voorkomen dat er iets mis kan gaan. Deze kramp zit diep ingebakken in de maatschappij, maar ook bij zorgorganisaties zelf. Zo lang er niets mis gaat, is loslaten en vertrouwen relatief makkelijk. Loslaten is vooral een kunst als het een keer niet goed gaat. De kunst om dan te vertrouwen op het oplossend en herstellend vermogen van de zorgorganisaties en professionals. Het vermogen om te leren van fouten. Dat vergt niet alleen vertrouwen van de maatschappij en de overheid in de zorgorganisaties, maar ook vertrouwen van zorgmedewerkers in zichzelf.
Het lijkt mij een mooi begin voor het Kwaliteitsinstituut om dit vertrouwen te stimuleren. Als wij allen de moed hebben om regels en protocollen los te laten, en het beste te doen voor de cliënt, in overleg met hem of haarzelf, dan kan de kwaliteit van zorg daar alleen maar beter van worden. Dan staat kwaliteit van leven centraal!
Aad Koster
Directeur van ActiZ, organisatie van zorgondernemers