In internationale lijstjes scoren wij steevast hoog op patiëntgerichtheid, veiligheid en kwaliteit. Het zou mooi zijn als wij deze kwaliteiten van de Nederlandse ziekenhuiszorg weten in te zetten als exportproduct.
Zijn patiëntgerichtheid, veiligheid en kwaliteit ook de factoren die bepalen of wij onze zorg aan buitenlandse patiënten kunnen verkopen? Wij hebben daar nog niet zo veel ervaring mee. In de grensstreken zijn sommige instellingen in staat geweest een volume aan Duitse of Belgische patiënten te behandelen, maar vastgesteld moet worden dat dit slechts mondjesmaat gebeurt. Meestal is de patiëntenstroom andersom vanwege Nederlandse wachttijden of gespecialiseerde zorg die over de grens toegankelijker is, zoals vanuit Vlaanderen in België.
Relatiebeheer
Eind jaren 90 had revalidatiecentrum Roessingh in Enschede een beperkte stroom Duitse patiënten die echter alleen te onderhouden was door een vrij intensieve vorm van relatiebeheer door permanente bereikbaarheid van medisch specialisten in de Duitse verwijzende ziekenhuizen. Over het beschikbaar stellen van topklinische zorg in dezelfde regio vanuit het Medisch Spectrum Twente wordt al 25 jaar gesproken, maar het enthousiasme aan Duitse zijde is minimaal.
Reputatie
Het aantrekken van Europese of Wereldwijde buitenlandse klandizie door Nederlandse topcentra gaat mondjesmaat en meestal op basis van de persoonlijke reputatie van de betrokken medisch specialist en soms van de kliniek. Er zijn nauwelijks Nederlandse instellingen die een businessunit of verdienmodel voor buitenlandse patiënten hebben ontwikkeld.
Voorbeelden
Internationaal gezien zijn er wel voorbeelden van centra die zich voor een deel van hun portfolio nadrukkelijk op buitenlandse patiënten richten. Het betreft dan vooral Amerikaanse algemene topklinieken zoals de Mayo Clinic en Cleveland clinic en gespecialiseerde centra zoals Memorial Sloan Kettering, MD Anderson en St. Judes voor respectievelijk volwassen- en kinderoncologie.
Satellietlocaties
De reputatie van deze klinieken wordt continu onderhouden door topspecialisten die op internationale medische fora een vooraanstaande rol spelen en op die wijze door de verwijzende specialist en de reizende patiënt als internationaal expert erkend worden. Dit wordt aangevuld met een bijpassende marketing- en PR-aanpak. Sommige gaan inmiddels zo ver dat zij ook satellietlocaties in met name rijke Arabische landen opgezet hebben om daar volledig naar Amerikaans bedrijfsmodel en bijbehorende kosten, hun activiteiten verder te ontplooien.
Tenslotte is er het segment van goede zorg voor een redelijke prijs. In Singapore, India en Brazilië zijn er klinieken en ziekenhuisketens die voor dergelijke zorg voor een breed internationaal publiek uit een grotere regio aantrekken. In Europa probeert Turkije die rol op te bouwen.
Kostenbesparingen
Wat betekent dit voor de kansen voor de ziekenhuiszorg als exportproduct in Nederland? Het is vrijwel uitgesloten dat patiënten worden aangetrokken op de punten waarop wij als Nederlandse zorg zo goed scoren, die zoek je vooral in je eigen regio. Waarom ga je reizen? Voor aanmerkelijke kostenbesparingen of het zoeken van kwaliteit die in de eigen omgeving niet te vinden is.
Kleine markt
Grensoverschrijdend patiëntenverkeer is potentieel een kleine markt en enkele niche-spelers zouden zich daarop kunnen toeleggen, vooropgesteld dat ze de nodige energie in relatiebeheer weten te steken. De kostenverschillen in West-Europese landen zijn te klein om patiënten te bewegen naar Nederland te komen. Dus tenzij er een echte prijsvechter met een potentieel internationaal profiel opstaat is dat segment ook niet begaanbaar.
Mogelijk
Blijft over het exploiteren van behandelingen van topkwaliteit of het uitbaten van een uitzonderlijke reputatie. Dat vraagt om het opbouwen van internationale faam door die op verschillende podia zichtbare medisch specialisten, die het liefst ook wetenschappelijk prominent actief zijn. Een goede internationale brand en een service-organisatie die patiënten van aankomst in hun hotel tot vertrek op Schiphol op het door hen gewenste niveau begeleidt. Tegelijk zal dat geen verdringingseffecten voor Nederlandse patiënten mogen betekenen, want dan is het land te klein. Zorg als exportproduct is zeker mogelijk, maar het is geen eenvoudig recept.
Wim van Harten
Lid raad van bestuur Antonie van Leeuwenhoek