Van der Plas wees in haar betoog vooral op de beperkte groep patiënten die deelnam aan een RIVM-onderzoek naar gezondheidsrisico’s rond geitenhouderijen. Agema legde uit dat dit vooral kwam doordat de studie gehouden werd tijdens de coronapandemie. Huisartsen waren overbelast en hadden geen tijd voor extra onderzoek. Dat deelnemers daardoor moeilijk te vinden waren, wil niet zeggen dat ze er niet waren, aldus de minister.
Hoe dichter, hoe meer risico
Agema benadrukte ook dat er een afstandsrelatie is. Hoe dichter iemand bij een geitenhouderij woont, hoe groter het risico. “Het kan eigenlijk niet feitelijker dan dit.” In totaal lopen volgens het RIVM 1,5 miljoen mensen een verhoogd risico omdat zij in de buurt van een van de 455 geitenbedrijven wonen. Duizenden mensen worden daadwerkelijk ziek, van wie er tientallen overlijden. “Dat is best fors voor zo’n kleine sector”, aldus de minister.
Het kabinet heeft de Gezondheidsraad gevraagd om nog dit jaar te adviseren over eventuele maatregelen. Op aandringen van onder meer de VVD gaat Agema vragen of dat ook sneller kan. Maar het moet wel zorgvuldig, benadrukte zij. “Dat neemt de tijd die het nodig heeft.”
Verstandig
Agema zei ook dat er geen verschil van mening is tussen haar en landbouwminister Femke Wiersma (BBB), wel een “verschil van invalshoek”. Zelf kijkt zij meer naar de volksgezondheid, Wiersma naar het belang van boeren en hun gezinnen. “Maar we hebben allebei oog voor de andere kant”, benadrukte zij. “Er ligt nu een koers die volgens ons beiden verstandig is.” (ANP)
Dat boeren op de BBB stemmen, daar kan ik inkomen. Maar waarom niet-boeren er op stemmen is mij een raadsel. 70% van de veeteeltproducten gaat naar het buitenland, dus zelfs een halvering van de NLse veestapel, met verplaatsing ervan naar buitenlanden met meer stikstofruimte, heeft op onze voedselvoorziening weinig of geen effect.
.
En ondertussen zet de enorme NLse veestapel een forse rem op de woningbouw, met torenhoge vaste woonlasten als gevolg, en brengt hij grote schade toe aan de natuur.