De werkweek inclusief aanwezigheidsdiensten van artsen in opleiding (aios) in umc’s en perifere instellingen is vanaf 1 augustus vastgesteld op 52 uur. Vanaf 1 augustus 2011 wordt de werkweek van aios teruggebracht tot 48 uur.
48-urige werkweek
Het standpunt van de Jonge Orde was dat een oplossing moest worden gezocht per 1 augustus 2011 voor het verschil in arbeidstijden tussen de umc’s en de algemene ziekenhuizen. De werkweek van aios in alle instellingen moet per1 augustus 2011 naar 48 uur worden teruggebracht. Dat is inclusief aanwezigheidsdiensten. Europese regelgeving schrijft al met ingang van volgende maand voor dat het maximum aantal uren 48 moet zijn. De ziekenhuizen hebben om uitstel gevraagd, omdat ze onvoldoende capaciteit hebben om de vrijgekomen uren in te vullen.
Vergoeding uren
In de huidige CAO UMC is de werkweek voor aios bepaald op 46 uur. Na invoering van de 48-urige werkweek in 2011 moeten aios in de umc’s nog steeds 2 inactieve uren werken in een aanwezigheidsdienst zonder dat ze daarvoor een vergoeding ontvangen. Hun collega’s in de algemene ziekenhuizen krijgen daarentegen wel alle inactieve uren vergoed op grond van de in de cao vastgelegde 48-urige werkweek.
Cao-onderhandelingen
De Jonge Orde is met de umc’s overeengekomen om bij de nieuwe cao-onderhandelingen in 2011 te praten over twee extra betaalde uren per week. Verder is afgesproken dat de kortere werkweek van aios wordt gecompenseerd door inzet van nurse practitionars, verpleegkundigen, medisch specialisten en door aios uit disciplines die nu geen aanwezigheidsdiensten kennen.
Opt-outregeling uitgeschakeld
Ook is de de opt-outregeling nu definitief buiten werking gesteld. Deze regeling hield in dat instellingen afspraken konden maken met de individuele aios over een werkweken tot maximaal 60 uur. De Jonge Orde noemt dat een onwenselijke situatie, gezien de afhankelijke positie van veel aios.
Nare nasmaak
De Jonge Orde zegt op haar website, ondanks de positieve onderhandelingsafspraken, een nare smaak te hebben overgehouden aan deze onderhandelingen. “We kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat de NFU probeert uit de discussie rondom het arbeidstijdendossier, zichzelf ten opzichte van de algemene ziekenhuizen in een betere (concurrentie)positie te manoeuvreren door uren niet te betalen die wel door de algemene ziekenhuizen moeten worden betaald.”