De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) mag van zorginstellingen eisen dat ze niet geaccordeerde overproductie uit eigen zak betalen. Dat heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven bepaald.
Wettelijk recht
Bij het College van Beroep was door 15 instellingen, ondersteund door zorgverzekeraar Achmea, bezwaar aangetekend tegen de verrekening van de productie over het jaar 2006. Om aan de grote vraag naar AWBZ-zorg te kunnen voldoen, hebben de betreffende instellingen in 2006 meer zorg geleverd dan met het zorgkantoor overeengekomen was. Aangezien de aanspraken van verzekerden op de AWBZ een wettelijk verankerd recht zijn, vinden de instellingen dat de geleverde zorg automatisch vergoed zou moet worden.
Eigen reserves
Als bewaker van het macrobudget vindt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) dat de aanspraken op de AWBZ niet onbeperkt kunnen zijn. Eventuele meerkosten voortkomend uit overproductie kunnen wat de NZa betreft alleen vergoed worden op basis van van tevoren vastgestelde criteria. Instellingen die niet aan de knelpuntencriteria voldoen moeten van de NZa eventuele overproductie uit eigen reserves betalen.
Strop
De NZa staat daarmee volgens het College van Beroep in haar recht. Het College gaat daarmee voorbij aan de opvatting van staatssecretaris Bussemaker dat de reserve aanvaardbare kosten vooral bedoeld is voor zorgontwikkeling en verbetering van de kwaliteit. De uitspraak van het College betekent een flinke strop voor de klagende instellingen. Alleen al in het werkgebied van zorgkantoor Achmea gaat het in totaal om een bedrag van 13 miljoen euro dat de instellingen voor eigen rekening moeten nemen.
Afbreuk
Volgens advocaat Arnold Versteeg doet de uitspraak van het College afbreuk aan het verzekeringskarakter van de AWBZ. “Het is in het licht van het verzekeringskarakter van de AWBZ een merkwaardige gedachte dat de NZa per jaar maar een bepaalde bedrag beschikbaar stelt, waarmee alle risico’s die zich in dat jaar voordoen mee moeten worden gedekt”, vindt Versteeg. “Daarmee wordt het risico bij partijen die dat risico niet zouden moeten dragen.”
Positieve effecten
Toch heeft de bezwaarprocedure volgens Versteeg ook positieve effecten teweeg gebracht. Zo heeft de NZa een nieuw verdeelmodel geïntroduceerd, waarbij meer rekening wordt gehouden met demografische ontwikkelingen in een regio. Ook zijn de marges voor de vergoeding van overproductie verruimd door de maximale contracteerruimte vast te stellen op 105 procent van de overeengekomen contracteerruimte.