De beoordeling van de kosteneffectiviteit van vaccinatieprogramma’s en nieuwe geneesmiddelen is onvoldoende. Daardoor worden beslissingen over vergoeding soms op onjuiste gronden genomen. Dat concludeert gezondheidseconoom Robin de Vries in zijn proefschrift, waarop hij begin januari promoveert aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Rekenmodellen
Volgens De Vries kunnen studies naar de kosten en effecten van landelijke preventieprogramma’s zoals vaccinatiecampagnes, sterk worden verbeterd door andere rekenmodellen te hanteren. In zijn onderzoek heeft De Vries verschillende typen modellen op een rij gezet. De Vries komt tot de conclusie dat statistische modellen bij uitstek geschikt zijn voor een analyse van de kosteneffectiviteit.
Onjuiste schatting
Het gebruiken van statistische modellen kan ingrijpende consequenties hebben voor beslissingen omtrent vergoeding of implementatie van interventies gericht op infectieziekten. “Die beslissingen worden soms gebaseerd op een onjuiste schatting van de kosteneffectiviteit”, stelt De Vries in MedNet. “Daarom is een meer complex dynamisch model onontkoombaar.”
Mexicaanse griep
De promovendus merkt op dat voorafgaand aan de recente vaccinatiecampagne tegen de Mexicaanse griep geen kosteneffectiviteitanalyse is gemaakt. “De overheid moest snel handelen. Bovendien spelen andere factoren, zoals publieke opinie, de internationale situatie en een gevoel van ‘better safe than sorry’, een rol.” Desalniettemin is het volgens De Vries zinvol altijd een gezondheidseconomische analyse te doen.