Minister Hugo de Jonge gaat negentig miljoen euro steken in de ontwikkeling van thuiszorgtechnologie. Via de Stimuleringsregeling E-health Thuis komt de komende drie jaar jaarlijks dertig miljoen euro beschikbaar. De regeling dient om er aan bij te dragen dat thuiszorgtechnologie nog meer cliënten, mantelzorgers en professionals kan ondersteunen.
Dat schrijft De Jonge op 28 september in zijn antwoord op Kamervragen van GroenLinks-kamerlid Corinne Ellemeet. De regeling, die onder het programma Langer Thuis valt, wordt op dit moment verder uitgewerkt. Hoe die er uit komt te zien, wordt begin volgend jaar bekend gemaakt. “Ik wil dat de regeling een impuls geeft aan de daadwerkelijke implementatie van e-health in werkprocessen in de zorg en ondersteuning”, aldus de minister.
Bekostiging
Ellemeet stelde de minister vragen naar aanleiding van berichten over het ontbreken van een verdienmodel voor thuiszorgtechnologie. Hugo de Jonge vindt dat technologie meer moet worden ingezet om personeelstekorten en de groeiende vraag naar thuiszorg beter op te vangen. Hij benadrukt echter dat er wel bekostigingsmogelijkheden zijn binnen de Zvw, de Wlz en de Wmo. De vergoeding voor technologie is verrekend in de integrale vergoeding die een instelling ontvangt, vergelijkbaar met kostenposten als overhead of loonkosten. Het is aan zorgverleners en zorgverzekeraars om afspraken voor extra vergoeding te maken, bijvoorbeeld dooropslag bovenop het uurtarief. Dat biedt de mogelijkheid om investeringen in technologie sneller terug te verdienen.
Als kleine zorgorganisaties te weinig slagkracht hebben om te inventariseren, dan moeten ze het zoeken in regionale samenwerking, vindt VWS.
—
Bewezen succesvolle e-health-ontwikkelingen blijven maar al te vaak ‘op de plank liggen’. Wat zijn de problemen en knelpunten die grootschalige implementatie van e-health in de weg staan? Tijdens de masterclassreeks e-health-toepassingen gaan we hierop in. We gaan aan de slag met uw e-health strategie. Zo kunnen digitale toepassingen voor gezondheid en zorg gewaardeerd én gebruikt worden, door patiënten en zorgverleners.