Huisartsen zijn onvoldoende op de hoogte van de declaratiemogelijkheden voor e-consulten. Veel huisartsen denken dat de vergoeding voor een e-consult per definitie gelijk is aan dat van een telefonisch consult, maar dat is niet het geval.
Dit blijkt uit de ‘Actieagenda e-consult bij de huisarts’ van Nictiz.
Op dit moment declareren veel huisartsen voor hun e-consulten de helft van de vergoeding van een regulier consult. De vergoeding voor een e-consult is echter niet afhankelijk van de vorm, maar van de tijdsinvestering en de geleverde zorgverlening. Huisartsen mogen voor een e-consult een dubbel regulier consult declareren, mits de zorgverlening zowel inhoudelijk als qua tijdsbesteding vergelijkbaar is met de zorgverlening die in een dubbel face-to-face consult wordt geboden.
Overigens bestaat de prestatie ‘e-consult’ niet in de beleidsregels van de NZa. Met een e-consult bedoelt Nictiz een digitaal schriftelijk consult. De Nederlandse Zorgautoriteit hanteert hiervoor in haar beleidsregels de term e-mailconsult.
Het mogen declareren van een digitaal consult staat los van wie in de praktijk de zorg verleent. Dit betekent dat zowel een huisarts, praktijkondersteuner als assistent een e-consult mogen voeren. Het is aan de huisarts om te beoordelen welke prestatie hij declareert, zolang het maar gebaseerd is op de feitelijke situatie én het een consult betreft.
Brede declaratiemogelijkheden
Bettine Pluut, programmamanager Patiëntparticipatie en e-health bij Nictiz: “Het is belangrijk dat huisartsen op de hoogte zijn van de brede declaratiemogelijkheden voor een e-consult. Financiering wordt nu (onterecht) als een van de belangrijkste belemmeringen gezien, en dat is zonde.” Nictiz voert momenteel met een aantal landelijke, regionale en lokale partners de Actieagenda e-consult bij de huisarts uit, met als doel het praktisch ondersteunen van huisartsen bij invoering en gebruik van e-consulten.