Ruim een kwart van de ggz-patiënten in opnameklinieken kampt naast een psychische aandoening met beperkte verstandelijke vermogens. Omdat behandelaren hier vaak niet van op de hoogte zijn, worden patiënten overvraagd. Ook krijgen ze onevenredig vaak te maken met gedwongen opnames en dwang- en drangmaatregelen.
Een en ander komt naar voren uit onderzoek van Jeanet Nieuwenhuis, psychiater bij VGGNet, onderdeel van ggz-aanbieder GGNet. In het kader van het onderzoek werden de verstandelijke vermogens van ruim driehonderd opgenomen patiënten onderzocht. Bij 44 procent van hen bleek sprake van een vermoeden van een verstandelijke beperking. Bij vier van de vijf patiënten was daar geen aanwijzing voor in het dossier. In de vijf jaar voorafgaand aan opname bleek tevens sprake van bijna drie keer zo veel gedwongen opnamen. En bijna vier keer zo vaak toepassing van dwang en drang maatregelen dan bij patiënten zonder het vermoeden van een verstandelijke beperking.
Esther van Gaalen, directeur Behandeling & Verblijf van GGNet, noemt de uitkomsten van het onderzoek “een indringende wake-up call voor de ggz”, die suggereert dat een deel van de patiënten in de tweedelijns ggz structureel overvraagd wordt.
Begrijpelijk
“We hebben binnen VGGNet al langer het vermoeden dat er meer dwang en drang wordt toegepast bij mensen met een LVB”, reageert Chantal Koopmans, manager VGGNet. “En dat ze veel vaker gedwongen moeten worden opgenomen. Door het onderzoek weten we het zeker. We moeten niet zozeer méér communiceren. We moeten onze communicatie begrijpelijker maken. We hebben als hulpverleners de opdracht om onze houding en bejegening beter aan te passen bij wat de patiënt van ons nódig heeft.”