Het maximumtarief voor farmaceutische zorg stijgt per 1 januari 2010 van 7,28 euro naar 7,91 euro. Zorgverzekeraars en apothekers, die in contracten aanvullende afspraken maken over kwaliteit, mogen dit tarief verhogen tot maximaal tien euro.
Opvang verminderde inkomsten
Volgens de NZa is een stijging van het tarief met bijna negen procent noodzakelijk om de verminderde inkomsten van apotheken op te vangen. Het door zorgverzekeraars gevoerde preferentiebeleid drukt de inkomsten.
Onzekerheidsmarge
Met het tarief van 7,91 euro houdt de standaardapotheek een onzekerheidsmarge over van 50.000 euro. De belangrijkste reden om een onzekerheidsmarge te blijven hanteren is volgens de NZa de grote spreiding in inkomsten en kosten van apothekers. De NZa noemt als oorzaak hiervan het onder meer sterk variërende beleid dat zorgverzekeraars voeren ten aanzien van de inkoop en verstrekking van geneesmiddelen.
“Bij een lagere marge zouden teveel apotheken op dit moment onder het gemiddelde komen en geen kostendekkende bedrijfsvoering kunnen voeren. Dit kan de kwaliteit van zorg onder druk zetten”, alsdus de NZa in een persverklaring.
Tarief 2010 omhoog voor goede zorg
Het tarief van 2010 moet omhoog “zodat apotheken de kwaliteit van zorg die zij leveren kunnen continueren”, meldt de NZa. De NZa komt hiertoe na “extrapolatie van de cijfers naar 2009 en 2010 en een inschatting van een aantal nog altijd bestaande onzekerheden”. De NZa baseert zich op een onderzoek van 2009 naar de inkoopvoordelen en praktijkkosten van apotheekhoudenden in 2008.
Onderhandelbare ruimte
Net als in 2009 biedt de NZa aan apothekers en zorgverzekeraars vrij onderhandelbare ruimte in geval van een contract. Zij mogen onderling een hoger tarief afspreken tot maximaal tien euro. Zorgverzekeraars kunnen zo apothekers belonen voor het leveren van extra kwaliteit. De NZa verwacht dat dit tot meer afspraken leidt tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars hierover.
Clawback-korting
Daarnaast kunnen zorgverzekeraars en apothekers onderling afspreken de zogenaamde clawback-korting van 8,53 procent te verlagen of helemaal niet te verrekenen. Met deze korting haalt de overheid een deel van de inkoopvoordelen van apothekers terug.
Preferentiebeleid
De inkomsten van een apotheek bestaan uit twee onderdelen: een vastgesteld tarief per verstrekt recept. Daarnaast ontvangt een apotheek bonussen en kortingen, de zogeheten inkoopvoordelen, die hij bedingt bij de inkoop van medicijnen bij de leverancier. Door het preferentiebeleid dat een aantal zorgverzekeraars sinds juni 2008 voeren, zijn deze inkomsten per apotheek op jaarbasis teruggelopen van 306.000 euro in 2008 naar een geschatte 198.000 euro in 2009.
Inkoopvoordelen 2010 dalen
De verwachting is dat de inkoopvoordelen in 2010 verder dalen naar 150.000 euro per standaard apotheek. Van dit bedrag geven de apothekers in 2010 ruim de helft door aan de zorgverzekeraars via de clawback-korting. De NZa stelt ook dit kortingspercentage vast. De opbrengsten uit het tarief voor farmaceutische zorg en de resterende inkoopvoordelen samen, leveren een kostendekkende exploitatie op voor de standaard apotheek.