Veel zorgaanbieders zijn nog niet klaar om elektronisch wijkverpleegkundige zorg te declareren. Dit blijkt uit onderzoek van ActiZ, BTN en Zorgverzekeraars Nederland (ZN). Zonder aanvullende maatregelen dreigen liquiditeitsproblemen voor zorgaanbieders.
Om faillissementen te voorkomen hebben ActiZ, BTN en Zorgverzekeraars Nederland (ZN) een noodverband gelegd in de vorm van bevoorschotting. Aanbieders moeten voor 20 januari een aanvraag indienen, willen ze in aanmerking komen. Het voorschot bedraagt 95 procent van de reëel te verwachten productie. De regeling geldt in eerste instantie voor maximaal twee maanden.
Met de landelijke afspraken willen de betrokken partijen voorkomen dat IT-problemen waar zorgaanbieders geen schuld aan hebben, tot liquiditeitsproblemen leiden. “We hebben vorig jaar al meerdere keren aangegeven dat het ene declaratiesysteem de gegevens van het andere systeem niet kan lezen”, zo stelt een woordvoerder van Actiz. “Het zou toch niet mogelijk moeten zijn dat gezonde bedrijven failliet gaan omdat ze hun kosten niet kunnen declareren, terwijl er nu al goede zorg wordt geleverd.”
Werkgroep
Het ministerie van VWS heeft na de eerste signalen van Actiz, BTN en ZN een werkgroep ingesteld om het probleem op te lossen. Volgens de Actiz-woordvoerder was dit te laat, daarom zijn er voor januari afspraken gemaakt over vooruitbetaling en bevoorschotting. Zo goed als alle zorgaanbieders hebben te maken met de declaratieproblematiek en zijn momenteel hard aan het werk om de problemen op te lossen. Uit een peiling uit december bleek dat een derde van de aanbieders echt nog niet klaar was voor electronisch declareren van de wijkverpleegkundige.
Tijd
Zorgaanbieders hebben maar kort de tijd om hun aanvraag in te dienen. De zorgverzekeraar publiceert uiterlijk 14 januari het aanvraagformulier en de zorgaanbieder moet uiterlijk 20 januari een aanvraag bij alle individuele zorgverzekeraars indienen van wie hij een voorschot wil ontvangen.