Het gros van de zorggebouwen is niet toegerust op de psychische toestand van een patiënt. Patiënten hebben hierdoor meer zorg nodig dan noodzakelijk, waardoor de zorgkosten hoger zijn dan nodig. Dit stelt Rieke Brekelmans, adviseur bij HEVO, dienstverlener op het gebied van vastgoed en huisvesting.
Patiëntbehoefte onderbelicht
“Bouwpartijen en zorgdirecteuren leggen de focus bij de bouw van een zorginstelling op stenen stapelen”, zegt Brekelmans. Daarbij bespreken zij de patiëntbehoefte minimaal of niet. “Het effect van een gebouw op de psychische gemoedstoestand van de gebruikers, bijvoorbeeld van autisten en dementerenden, blijft onderbelicht”, betoogt Brekelmans. “Dit wordt ingegeven doordat het onderwerp patiëntbeleving soft is en beperkt wetenschappelijk onderbouwd. Daarnaast hangen opdrachtgevers in de bouw teveel aan de expertise van architecten. Die willen een mooi gebouw neerzetten, maar weten dikwijls onvoldoende van de behoefte van zorgpatiënten. Zowel patiënten als zorgbestuurders zijn hiervan de dupe.” Zo moeten patiënten langer of extra worden behandeld tegen hoge kosten.
Beleving patiënt
Exemplarisch noemt Brekelmans het feit dat instellingen voor dementerenden witte deuren en witte muren hebben. “Patiënten raken hierdoor gedesoriënteerd en hebben meer zorg en aandacht nodig. Voor andere patiëntgroepen kunnen te veel kleuren in het interieur juist zorgen voor te veel prikkels, waardoor nieuwe complicaties kunnen op treden.” Een ander voorbeeld zijn patiënten met een eetstoornis. Brekelmans: “Deze patiënten worden heel angstig bij het idee een kamer met een eigen badkamer te hebben, omdat dit de kans vergroot om over te geven. Als een badkamer wordt gedeeld kunnen patiënten controle op elkaar uitoefenen op dit onwenselijk gedrag.”
Brekelmans pleit voor een belevingsgericht programma van eisen dat de standaard moet worden. “Zorgbestuurders en bouwpartijen moeten eerst met elkaar de binnenkant van een gebouw ontwerpen en vervolgens de stenen bepalen. Hierbij gaat het zowel om het interieur, als om de binnen- en buitenruimte. De beleving van de patiënt moet leidend zijn.”