Dat blijkt uit het rapport van de IGJ dat in augustus verscheen. Het ziekenhuis nam in 2014 contact op met de inspectie met de melding dat de norm was overschreden. Na een analyse werden verbetermaatregelen aan onder andere het registratiesysteem opgelegd. Toen uit audits bleek dat die waren doorgevoerd, sloot de IGJ de melding af. Het voorval was aanleiding voor de inspectie om ook landelijk onderzoek te doen. Uit inspectiebezoeken in 2015 en 2016 aan het laboratorium van de semenbank en de afdeling Voortplantingsgeneeskunde bleek dat de fertiliteitszorg voldeed aan de vigerende wet- en regelgeving.
Communicatie
In 2017 werd het onderzoek heropend naar aanleiding van berichten in het tv-programma Nieuwsuur en informatie op de website van het ziekenhuis. Daarnaast kreeg de inspectie meldingen en signalen van donoren, wensouders en kinderen. Uit die meldingen, signalen en het onderzoek van de inspectie bleek dat er in het ziekenhuis onvoldoende alertheid was geweest op de administratie en de communicatie hierover. Er waren geen risico’s voor de zorgverlening op het gebied van de fertiliteit tijdens het onderzoek. Wel waren verbeteringen mogelijk, onder andere op het gebied van goed bestuur. Het ziekenhuis heeft inmiddels afspraken gemaakt over een nieuwe samenwerkingsstructuur voor de semenbank, het laboratorium en de afdeling Voortplantingsgeneeskunde.
Registratiesystemen
“Het ziekenhuis heeft aangegeven dat in het verleden fouten waren gemaakt en deed, aanvankelijk reactief in haar communicatie naar betrokkenen en later proactief, wat in haar macht lag om omissies uit het verleden, van behandelingen vóór juli 2014, te herstellen”, aldus de IGJ. Tijdens het onderzoek had de inspectie zorgen over de wijze waarop tekortkomingen uit het verleden werden aangepakt. Het ziekenhuis heeft uiteindelijk de registratiesystemen en dossiers laten onderzoeken over de periode voor 2014. Daarnaast is de communicatie naar de talrijke betrokkenen gestructureerd uitgevoerd. Waar mogelijk zijn tekortkomingen gerepareerd.