Het kabinet gaf eerder aan dat een verbod op de vijf-minutenregistratie niet mogelijk is vanwege de Wmg. De Nederlandse Zorgautoriteit kan op basis van de Wmg haar bevoegdheden niet gebruiken voor het verminderen van administratieve lasten. Kamerlid Sarah Dobbe van de SP diende daarop een motie in om de Wmg aan te passen zodat het verbod op de vijf-minutenregistratie toch mogelijk is. De motie die dat mogelijk maakt, is 30 september aangenomen.
Maandtarieven
De motie om de vijf-minutenregistratie te verbieden, hangt samen met een andere aangenomen motie die het mogelijk maakt om over te gaan op de invoering van maandtarieven. In de motie van VVD-Kamerlid Simone Richardson staat dat de regering gedifferentieerd reguleren voor gecontracteerde en niet-gecontracteerde zorg mogelijk moet maken. Dat is belangrijk omdat eind volgend jaar een experiment afloopt waarmee ‘integrale prestaties’ mogelijk is. Veel zorgaanbieders denken dat dit de standaard is, maar dat is dus niet zo. Maandtarieven zouden in de plaats kunnen komen van de integrale prestaties, maar daar is dus wel actie voor nodig.
Vertrouwen
ActiZ noemt de motie van Dobbe ‘nobel’, maar stelt ook dat een verbod op de vijf-minutenregistratie alleen mogelijk is als de minutenbekostiging wordt beëindigd. ActiZ is een groot voorstander van de maandtarieven omdat zorgprofessionals dan op basis van hun kennis bepalen wat een cliënt nodig heeft en ook ruimte hebben om opleidingstaken te kunnen uitvoeren. Vertrouwen in de zorgprofessionals speelt hier een belangrijke rol.
Versnippering
Een andere aangenomen motie wil dat de minister een opzet maakt over hoe alle aanbieders in de wijkzorg een eerlijke bijdrage kunnen leveren aan ‘de maatschappelijke opgave’ en samenwerking te bevorderen. Dat kan door de versterking van de organisatie van wijkverpleging in de wijk en regio. Bestaande organisaties moeten meer samenwerken en zo versnippering tegen te gaan.
Over het afschaffen van de vijf-minutenregistratie wordt al sinds 2009 gepraat en het is nog steeds niet gelukt. Ook de meeste recente actie uit 2023 om te werken met clientprofielen sneuvelde.

Kleine nuance:
– Of een maandtarief meer ruimte laat voor opleiden, hangt af van de hoogte van het maandtarief. Ook uurtarieven kunnen voldoende ruimte laten voor opleiden. Als de uurtarieven maar hoog genoeg zijn;
– Een maandtarief geeft niet per definitie minder administratieve lasten. Bijvoorbeeld wanneer alsnog verantwoording achteraf wordt gevraagd. Maandtarieven geven zelfs extra administratieve lasten wanneer door een deel van de zorgverzekeraars nog met uurtarieven wordt gewerkt;
– Maandtarieven geven, met name bij kleine aantallen cliënten, een risico bij cliënten die relatief veel zorg nodig hebben. Het risico van niet vergoede zorg ligt dan bij de zorgaanbieders. Maandtarieven geven ook een perverse prikkel om cliënten met een grote zorgvraag niet in zorg te nemen;
– Op dit moment (met uurtarieven) bepaalt de indicerend wijkverpleegkundige de ureninzet en kunnen de zorgprofessionals die de zorg leveren hier vanaf wijken. Dus ook met uurtarieven kunnen zorgprofessionals dus op basis van hun kennis bepalen wat een cliënt nodig heeft.
Kortom maandtarieven zijn geen Heilige Graal.